Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord bring
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(convey; supply; bring by vehicle) | ||
(fetch; fetch and carry; retrieve) | ; ; | |
🔗 They have brought a ram. | ||
; | envenigi | |
(fetch; get; send for) | ||
🔗 Mazirian brought him close to earth. | ||
(fetch; get; pick up) | ||
(channel; conduct; drive; guide; lead; show; wage; usher) | ; | |
🔗 Bring her to me. | ||
(cause; get; have; make) | ertoe brengen | |
🔗 That might bring the US to focus once more on the myriad crises in the Middle East. | ||
(cause; give rise to; inflict; provoke; result in; wreak) | ; ; ; ; ; ten gevolge hebben ; ; | |
🔗 Pounding on the door brought only a single shout from the mayor. | ||
bring about (cause; lead to; result in; turn out) | ||
bring about (arouse; evoke) | naar buiten roepen ; ten gevolge hebben ; | elvoki |
bring back | ||
(shoot; down; shoot down) | ; | |
🔗 The Russian defence ministry says the attacks were carried out by Ukrainian drones, which it claims were brought down by Russian air‐defences | ||
bring in (give; yive) | ; | |
(produce; publish; elicit) | ; te voorschijn brengen ; | |
🔗 He brought out Vaidro’s letter. | ||
bring round (induce; move; persuade; talk round; impel) | ||
bring to an end (conclude; end; finish; terminate; put the kibosh on; put an end to; have finished) | ; een eind maken aan | |
; | ekparoli pri | |
🔗 For Tam to bring it up now meant he had noticed, but he said nothing more about it | ||
(breed; educate; raise; rear) | ; ; | |
ekdiskuti pri |
Engels | Nederlands |
---|---|
bring | aanbrengen; aandoen; aandragen; aanvoeren; brengen; ertoe brengen; halen; inbrengen; indienen; medebrengen; meebrengen; opbrengen; voeren |
be brought to light | aan het licht komen; uitkomen |
bring about | aanrichten; bewerken; bewerkstelligen; teweegbrengen; tot stand brengen; uitwerken; veroorzaken |
bring an action against | een actie instellen tegen; een proces aandoen; een vervolging instellen tegen; vervolging instellen tegen |
bring‐and‐buy sale | fancy‐fair; liefdadigheidsbazaar; liefdadigheidsbazar |
bring back | terugbrengen; weer te binnen brengen |
bring before the public | in het licht geven; publiceren |
bring down | aanhalen; doen neerkomen; fnuiken; neerhalen; neerleggen; neerschieten; onderuithalen; ten val brengen; verlagen; vernederen |
bring forth | aan het daglicht brengen; baren; voortbrengen |
bring forward | aanvoeren; bijbrengen; indienen; komen aanzetten met; transporteren; vervroegen; vooruit brengen; vooruitbrengen |
bring in | aanbrengen; aanhangig maken; aanvoeren; binnenbrengen; erbij halen; erin betrekken; in het laatje brengen; inbrengen; indienen; inschakelen; invoeren; meekrijgen; opbrengen; opdoen; opleveren; ter tafel brengen; winnen |
bring in guilty | schuldig verklaren |
bring into line | gelijkschakelen; in het gareel brengen; in overeenstemming brengen |
bring into play | aanwenden; erbij halen |
bring it home | doen beseffen; duidelijk aan het verstand brengen |
bring it off | het bolwerken |
bring off | afleveren; in veiligheid brengen; leveren; redden |
bring on | berokkenen; ten gevolge hebben; tot stand brengen; veroorzaken |
bring oneself to | ertoe komen |
bring out | aan de dag brengen; doen uitkomen; te voorschijn brengen; te voorschijn halen; uitbrengen; voor de dag halen |
bring over | overbrengen; overhalen; transporteren |
bring round | beter maken; bij kennis brengen; bijbrengen; er weer bovenop brengen; er weer bovenop helpen; overhalen |
bring somebody to | iemand ertoe brengen te |
bring something off | iets gedaan krijgen |
bring something on oneself | zich iets op de hals halen |
bring the house down | de zaal plat krijgen; staande ovaties oogsten; stormachtige bijval oogsten |
bring through | er weer bovenop brengen; er weer bovenop helpen |
bring to | bijbrengen; bijdraaien |
bring to a halt | tot stilstand brengen |
bring to an end | beëindigen; een eind maken aan; ten einde brengen |
bring to bear | aanwenden; richten; uitoefenen |
bring to book | ter verantwoording roepen |
bring together | bijeenbrengen; bundelen; samenbrengen |
bring to mind | herinneren |
bring to pass | teweegbrengen; tot stand brengen |
bring under | onderwerpen |
bring up | aankaarten; aanlijnen; aansnijden; braken; doen voorkomen; grootbrengen; naar boven brengen; op het tapijt brengen; opbrengen; opkweken; opleiden; opvoeden; voor anker brengen; voorleiden; voortbrengen |
bring upon | berokkenen |
bring up short | kopschuw maken |
bring up the rear | achteraan komen; achteraankomen; de achterhoede vormen |
bring up to date | bijwerken; bijwerken tot op heden; moderniseren |
not be able to bring oneself to | het niet over zich kunnen verkrijgen; het niet van zich kunnen verkrijgen |