Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord aanbrengen
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(aandragen; brengen) | ||
🔗 Zodoende werden er dagelijks niet meer dan gemiddeld drie aangebracht, terwijl gerekend was op minstens tien. | ||
(aangeven) | denounce | |
(aanpassen) | ||
(opbrengen) | ||
🔗 Ik breng uw huisnummer aan. | ||
(aanklager; klikspaan; verklikker) | informer | |
commission ; | ||
🔗 Breng hem naar een dokter. | ||
(aanbrengen; aandragen; bezorgen) | ; | |
🔗 Jongmens, breng ons nog wat wijn! | ||
(geleiden; leiden; voeren) | ; | |
🔗 Ik werd naar het terras gebracht. | ||
(doen; indienen; voorstellen; inbrengen) | constitute ; ; ; ; ; ; reenact ; ; represent ; ; ; serve up | |
🔗 De televisie zal het brengen als het sprookje van een tevreden natie, verenigd onder de nieuwe koning. |
Nederlands | Engels |
---|---|
aanbrengen | apply; bring; bring in; carry; delate; denounce; fit; fit on; fit up; fix; fix up; inform on; installation; introduce; let; make; place; put up; recruit; touch in; yield |
aanbrenger | common informer; denouncer; denunciator; informant; informer; talebearer; telltale |
aanbrengpremie | commission; reward |
brengen | bring; carry; feature; fetch; land; lead; make; put; waft; see; set; take; convey; win |
gelukaanbrengend | bringing luck; lucky |