Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word gelijk

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(effen; vlak); ;
smooth
(even; evenzeer; gelijkelijk); ;
(eender; egaal; gelijkmatig); ;
level
🔗 Geen twee waren gelijk.
(effen; glad)
smooth
(tegelijk; tevens)
at the same time
(evenals)
according as
tiel, kiel
(als; zoals);
🔗 Zodra wij iets meer weten, zullen we het aan de politie mededelen, gelijk onze plicht is.
equal to
egala je
🔗 Toen hij ongeveer langs de helft van de hele omtrek van de muur was gelopen, vond hij een andere gang, gelijk aan die waaruit hij gekomen was en waarop vele deuren uitkwamen.
🔗 Je hebt gelijk, pa.
isosceles
(evenknie; portuur; weerga);
🔗 Ik ben je gelijke niet!
(even; evenzeer; gelijk);
🔗 Ik kan u verzekeren, dokter Roberts, dat mijn aandacht gelijkelijk verdeeld wordt tussen u alle vier.
🔗 Ze gelijken boze dromen die ’s morgens met de eerste zon verdwijnen.
(pariteit)
equality
;
parity
(egaliseren; vlakken);
level
;
equalize
(effenen; slechten);
(eender; egaal; gelijk); ;
level
(geregeld)
of the same name
rectify
rektifi
kunordigi
(overeenkomstig); ;
(homogeen)
(soortgelijk)
similar
samspeca
(soortgelijk)
direct current
(tegelijkertijd)
at the same time
;
contemporaneously
; ;
simultaneously
🔗 Tom Poes kwam gelijktijdig met de oude vreemdeling voor slot Bommelstein aan.
(eigentijds; simultaan)
simultaneous
;
contemporary
🔗 En dat was inderdaad wat er gebeurde na verscheidene gelijktijdige pogingen.
(eenvormig; uniform)
uniform
isomorphic
(equivalent)
equivalent
equipollent
(rechtzetten; stellen)
put right
(eveneens)
likewise
🔗 Handel insgelijks met de zolder, de kelder en de gangen.
(gelijksoortig)
similar
samspeca
🔗 Soortgelijke fossielen, waarschijnlijk even oud, zijn in Zuid‐Afrika aangetroffen.
(gelijkend; gelijksoortig);
;
🔗 Het is absoluut met niets te vergelijken.
🔗 Wanneer ik dit vergelijk met mijn eigen zonnige jeugd…

DutchEnglish
gelijk alike; as; at the same time; coequal; commensurate; equal; equally; equivalent; even; evenly; flush; identic; identical; level; like; right; same; similar; similarly; smooth; together; uniform
altijd gelijk willen hebben always want to know better
gelijk aan equal to
gelijke monniken, gelijke kappen what is sauce for the goose is sauce for the gander
gelijk hebben be right; be in the right; be correct
gelijk heb je! quite right too!; right you are!
gelijk krijgen be put in the right
gelijk oversteken swap at the same time
gelijk van hoogte of the same height
gelijk zijn be right; be even; be quits
gelijk zijn in grootte be of a size
gelijk zijn in jaren be of an age
groot gelijk! quite right!
groot gelijk hebben be perfectly right
… heeft hem in het gelijk gesteld … has proved him right; … has justified him
het is mij gelijk it is all the same to me
iemand gelijk geven grant that somebody is right; agree with somebody; back somebody up
zich gelijk blijven act consistently
gelijkbenig isoceles; like‐sided
gelijke coequal; compeer; equal; fellow; match; parallel; peer
gelijkelijk equally; evenly
gelijken resemble; be like; look like
gelijkgerechtigd equal; having equal rights
gelijkgezind consentient; like‐minded; of one mind
gelijkheid equability; evenness; identity; par; parity; uniformity; sameness; equality; similarity; likeness; smoothness
gelijkhoekig equiangular
gelijkknippen trim
gelijklopen be in sync; keep good time
gelijkluidend consonant; homonymous; of the same tenor; identical
gelijkmaken assimilate; equal; equalize; equate; even; level; level off; raze to the ground
gelijkmatig equable; equal; even; evenly; level; measured; uniform; steady
gelijkmoedig equable; equanimous; even‐minded; of equable temperament; with equanimity
gelijknamig of the same name; having the same denominator; similar
gelijkrichten commutate; rectify
gelijkschakelen synchronize; harmonize; bring to the same level; bring into line; force to conform; connect to the same circuit
gelijkschaven trim
gelijkslachtig congeneric; homogeneous
gelijksnoeien trim
gelijksoortig congener; homogeneous; similar
gelijkspelen draw
gelijkstellen assimilate; coordinate; equalize; equate; even; identify; compare; put on a level; put on a par
gelijkstelling identification; equalization; levelling
gelijkstraats at street‐level
gelijkstroom DC; direct current
gelijkteken equality sign; sign of equality
gelijktijdig coincidental; concurrent; concurrently; contemporaneous; contemporary; synchronous; simultaneous
gelijkvloers plain; on the ground‐floor; homely; flat
gelijkvormig conformable; uniform; similar; of the same form
gelijkwaardig coordinate; equal; equivalent; tantamount; equal in value
gelijkzetten reset; put right; set; synchronization; synchronize
gelijkzijdig equilateral
insgelijks also; likewise; similarly; in the same manner; the same to you
soortgelijk like; similar; suchlike
vergelijken collate; compare; confront; liken; parallel