Information about the word gelijktijdig (Dutch → Esperanto: samtempa)

Synonyms: eigentijds, simultaan

Part of speechadjective
Pronunciation/ɣəlɛi̯kˈtɛi̯dəx/
Hyphenationge·lijk·tij·dig

Declension

Predicative
AttributiveIndefiniteMasculine and feminine pluralgelijktijdige
Indefinite singulargelijktijdig
Pluralgelijktijdige
Definitegelijktijdige
Partitivegelijktijdigs

Usage samples

En dat was inderdaad wat er gebeurde na verscheidene gelijktijdige pogingen.

Translations

Czechsimultánní; současný; soudobý
Englishsimultaneous; contemporary
Esperantosamtempa; simultana; sammomenta
Germangleichzeitig
Portuguesesimultâneo
Saterland Frisiangliektiedich
Spanishcontemporáneo; simultáneo