English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word level

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
alŝultrigi
(even; flat; smooth);
🔗 It came out on the top of the cliffs, where the ground was fairly level.
(even; flatten; roll; smooth); ;
level
(equal; even)
;
level
(even; equalize)
; ;
(dig off)
forfosi
level
(horizontal)
;
niveli
(tier);
🔗 Hence, low levels of hydrogensulphide may be tolerated indefinitely.
level
(cadre; frame; framework; box; context; official; parameters)
; ;
level
;
level
(standard)
;
level
ground level
(first floor; ground‐floor)
spirit level
eye‐level
level‐crossing
(grade crossing; railway level crossing; crossing; railway crossing; railroad crossing; train crossing)
;
traknivela pasejo
leverage
(exploit; utilize; take advantage of; work)
;
leverage
(influence; clout)
leverage
(enjoy)
; ;
;
🔗 Neither the Abacos nor Grand Bahama are much higher than 40 feet above sea‐level at their highest points.

EnglishDutch
level aanleggen; afgraven; effenen; egaliseren; gelijk; gelijkmaken; gelijkmatig; hoogte; horizontaal; mikken; munten; niveau; nivelleren; op één hoogte; peil; richten; slechten; spiegel; stand; vlak; vlakken; vlakte; waterpas; waterpassen
a level head een evenwichtige geest
a level spoonful een afgestreken lepel
at the highest level op het hoogste niveau
be on a level with gelijkstaan met; op gelijke hoogte staan met; op één lijn staan met
bring on a level with op één lijn stellen met
by line and level met passer en liniaal
dead level waterpas
descend to the level of afdalen tot
do one’s level best zijn uiterste best doen
get level with afrekenen met; quitte worden
ground level achterban; basis; begane grond; grondhoogte; grondpeil; maaiveld
keep level with bijhouden; op de hoogte blijven van
level at aanleggen op; mikken op; munten op; richten op; streven naar
level down nivelleren
level off gelijkmaken; vlak maken; zich stabiliseren
level out zich stabiliseren
level to the ground slechten
level up nivelleren; op hoger peil brengen; op peil brengen; opheffen; ophogen
level with the ground slechten
noise level geluidsniveau
oil level oliepeil
on a level op gelijke hoogte; op één lijn
on a level with op hetzelfde niveau als
on the level eerlijk
put on a level gelijkstellen
put on a level with gelijkstellen met; op één lijn stellen met
serum level serumspiegel
spirit level luchtbelwaterpas
subsistence level bestaansminimum
summit level hoogste niveau; topniveau
surface level maaiveld
take the level waterpassen
wage level loonpeil
water level waterpas; waterpeil; waterspiegel; waterstand
eye‐level ooghoogte
level‐crossing gelijkvloerse kruising; spoorwegovergang; óverweg
level‐headed bezadigd; bezonnen; evenwichtig; koelbloedig; nuchter
leveller gelijkmaker
levelling egalisatie; gelijkmaking; gelijkstelling; nivellering; slechting; waterpassen
leverage invloed; kracht van een hefboom; vat
price‐level prijsniveau; prijspeil
sea‐level zeeniveau; zeespiegel
split‐level op verschillende niveaus
top‐level van het hoogste niveau