English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word parallel

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
parallel
;
parallel
(equal; match)
gelijk zijn aan
parallel
parallel
etendiĝi paralele al
parallelogram

EnglishDutch
parallel een ander voorbeeld aanhalen van; evenaren; evenwijdig; evenwijdige lijn; evenwijdig lopen met; evenwijdig plaatsen; gelijke; gelijklopend; op één lijn stellen; overeenkomst; overeenkomstig; parallel; vergelijken; weerga
draw a parallel een parallel trekken; een vergelijking maken; een vergelijking trekken
parallel bars brug
parallel of latitude breedtecirkel
parallel processing parallelverwerking
parallel road parallelweg
parallel to evenwijdig met
parallel with evenwijdig met
run parallel with parallel lopen met
without parallel zonder weerga
parallelism evenwijdigheid; overeenkomstigheid; parallellisme
parallelogram parallellogram