Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord fieldwork

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
(cultivated field; arable land)
;
(place; site; locale); ; ;
;
🔗 Doctor, who is the top man in your field?
(control; operate; enable; implement; actuate)
(labour);
🔗 I’m working for Sladen.
(labour);
🔗 Work started in 1907 and the building was completed in 1908.
;
🔗 Some people have referred to that as a work of fiction
(act; be effective; have effect; impact; impinge; avail; be efficacious; exert; have an effect; produce an effect)
uitwerking hebben
;
🔗 The forces of society work against you.
(cultivate; farm; grow); ;
(carve; sculpture; sculp); ;
skulpti
(cope with)
(exploit; utilize; leverage; take advantage of)
(ferment; rise);
(knead)

EngelsNederlands
fieldwork schans; veldarbeid; veldonderzoek; veldwerk
field afhandelen; akker; beemd; buiten‐; dreef; fielden; gebied; in het veld brengen; inzetten; land; landouw; pareren; slagveld; terrein; terugspelen; vakgebied; veld; veldspeler zijn; veld‐
work aanrichten; arbeid; arbeiden; bedienen; bereiden; bewerken; boekwerk; doen; doorwérken; exploiteren; functioneren; gewrocht; gisten; ontginnen; uitwerking hebben; werk; werken; werkstuk