Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord op het spel zetten
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
op het spel zetten (riskeren; wagen; in de waagschaal stellen) | ; | |
op het spel zetten (wagen) | gamble with | |
playing | ||
🔗 Wat denkt u van het spel, meneer Bol? | ||
; | ||
🔗 In de eetkamer zette hij koffie en daarna zat hij een half uur te luisteren naar het zuchten van het water over het plat en toen ging hij naar zijn kooi. | ||
; take shape | ||
(trekken) | ||
compose ; | ||
(doen; plaatsen; steken; stoppen) | ; ; | |
🔗 Ze naderde met een bord soep, dat ze voorzichtig op zijn knieën zette. | ||
; | munti | |
sidigi | ||
typesetting | ||
(neerzetten; oprichten; opslaan; stellen) | ; ; ; set up |
Nederlands | Engels |
---|---|
op het spel zetten | ⇆ gage; ⇆ risk; ⇆ stake; ⇆ venture; ⇆ wager |
spel | ⇆ acting; ⇆ business; ⇆ deck; ⇆ game; ⇆ hand; ⇆ pack; ⇆ play; ⇆ stage business; ⇆ sport; ⇆ set; ⇆ gaming; ⇆ playing |
zetten | ⇆ arrange; ⇆ brew; ⇆ butt; ⇆ compose; ⇆ composition; ⇆ embed; ⇆ enchase; ⇆ fit; ⇆ intersperse; ⇆ join; ⇆ lean; ⇆ lodge; ⇆ make; ⇆ mount; ⇆ pitch; ⇆ place; ⇆ plant; ⇆ prop; ⇆ put; ⇆ put on; ⇆ reset; ⇆ set; ⇆ stand; ⇆ stick; ⇆ seat; ⇆ set up; ⇆ setting; ⇆ trim |