Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord seat‐belt
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
seat‐belt (safety‐belt) | sekuriga zono | |
(girdle; strip) | ; ; | |
(strap; band; strip; thong) | ||
(beat; hit; strike; wallop; jab; belabour) | ; ; ; | |
(place) | ||
(chair) | ; | |
🔗 Nai the Hever leaned back in his seat. | ||
(sit) | sidigi | |
🔗 A broad oaken table was the main feature of the room other than the fireplace, a table long enough to seat a dozen or more, though there had seldom been so many around it since Rand’s mother died. |
Engels | Nederlands |
---|---|
seat‐belt | ⇆ autogordel; ⇆ veiligheidsgordel; ⇆ veiligheidsriem |
three‐point seat‐belt | ⇆ driepuntsgordel |
belt | ⇆ band; ⇆ broekriem; ⇆ ceintuur; ⇆ draagband; ⇆ een ceintuur omdoen; ⇆ een gordel omdoen; ⇆ een oorvijg verkopen; ⇆ een riem omdoen; ⇆ er vandoorgaan; ⇆ gebied; ⇆ gordel; ⇆ gordelriem; ⇆ jakkeren; ⇆ koppel; ⇆ koppelriem; ⇆ met een riem afranselen; ⇆ omgórden; ⇆ omringen; ⇆ pezen; ⇆ rand; ⇆ riem; ⇆ ring; ⇆ zone; ⇆ ómgorden |
seat | ⇆ bank; ⇆ bril; ⇆ buiten; ⇆ buitenplaats; ⇆ doen zitten; ⇆ gestoelte; ⇆ haard; ⇆ kamerzetel; ⇆ kruis; ⇆ laten zitten; ⇆ neerzetten; ⇆ plaats; ⇆ plaats bieden aan; ⇆ plaatsen; ⇆ plaatsje; ⇆ stoel; ⇆ toneel; ⇆ van een kruis voorzien; ⇆ van een zitting voorzien; ⇆ van zitplaatsen voorzien; ⇆ zetel; ⇆ zetten; ⇆ zit; ⇆ zitplaats; ⇆ zitplaats bieden aan; ⇆ zitting; ⇆ zitvlak |