English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word stock exchange

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
stock‐exchange
(bourse; exchange; market; stockmarket; ’change; stock exchange)
; ;
stock exchange
(stock‐exchange; bourse; exchange; market; stockmarket; ’change)
(swap; switch); ;
uitwisseling
;
verruiling
(stock‐exchange; bourse; market; stockmarket; ’change; stock exchange)
🔗 In July, the exchange said non‐residents from countries that have not imposed sanctions would be permitted to trade on its stock and derivatives markets from August 8.
(interchange; swap; change; share; switch; trade); ; ; ; ; ;
🔗 Rand exchanged looks with Mat and Perrin.
(store)
stoki
stock
;
(livestock);
(livestock; cattle)
brutoj
🔗 I’ll go look after the stock.
(clan; ethnic group; race; tribe; family; kin; kind; people);
(supply; resource; store; administration; arrival)
(shaft)
(breed; race; strain)
(matthiola)
stok
talono
(rootstock)
greftobazo
(tenweeks stock; hoary stock)

EnglishDutch
stock exchange beurs; effectenbeurs
exchange beurs; centrale; deviezen; inruilen; inwisselen; inwisseling; koopmansbeurs; omruilen; omwisseling; ruil; ruilen; ruilen van; ruiling; ruilverkeer; schermutseling; telefooncentrale; uitwisselen; uitwisseling; valuta; verruilen; verruiling; verwisselen; verwisseling; wisselen; wisseling; wisselkoers; woordenwisseling
stock aandelen; aandelenkapitaal; afkooksel; aftreksel; ankerstok; bestand; blok; bouillon; effecten; familie; film; filmmateriaal; fonds; geslacht; geweerlade; goederenvoorraad; have; inslaan; inventaris; kapitaal; la; lade; materiaal; onderstam; opdoen; provisie; stam; stereotiep; stock; stok; van voorraad voorzien; vast; vee; veestapel; violier; voorraad; wortelstok; zomerviolier