Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord vechten

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(kampen; strijden; slag leveren);
contend
;
🔗 Kan hij niet vechten?
(knokken)
🔗 En geloof me, aan vechten zullen ze niet meer denken!
vechten tegen
(bevechten)
vechten voor
(zich hardmaken voor)
stand up for
(betwisten; ter discussie stellen);
🔗 Joran van der Sloot gaat zijn uitlevering uit Chili aanvechten.
squabble
;
kunbekiĝi
🔗 Jan Prins dacht enkele tellen na, en besloot toen om niet te gaan bekvechten.
(hakketakken; krakelen; hakketeren);
squabble
(vechten tegen)
combat
;
🔗 Voor hij je krijgt, zal hij eerst ons moeten bevechten.
(kamp; slag; treffen; veldslag); ; ;
combat
;
(kloppartij; knokpartij)
scuffle
;
(zich weren);
🔗 Wel werden burgers opgeroepen om terug te vechten door het gooien van Molotovcocktails naar Russische soldaten.
vechtjas
(kemphaan; vechtersbaas)
militant
;
hawk
(strijdlust)
militancy
🔗 Alle vechtlust was uit hen verdwenen.
🔗 Nog steeds was er die avond geen echte vechtpartij geweest, maar nu schenen de kansen goed.
vechtwagen
(tank)

NederlandsEngels
vechten battle; campaign; combat; contend; do battle; fight; fighting; have a scrap; militate; scramble; scuffle; tussle
een robbertje vechten scrap; have a tussle; do battle
het uitvechten slog it out; slug it out; battle it out; fight it out; have it out
tegen windmolens vechten beat the air; beat the wind; fight windmills; tilt at windmills
vechten met contend with; fight; grapple with; fight with
vechten om scramble for; make a scramble for; tussle for; fight for
vechten tegen battle against; battle with; do battle with; fight; militate against; fight against
vechten tegen de bierkaai fight a losing battle
vechten voor contend for; fight for; fight in behalf of; stand up for
aanvechten tempt; bring in question; bring into question; call in question; call into question; challenge; question
bekvechten spar; wrangle; squabble
bevechten combat; fight; fight against
gevecht action; affair; battle; combat; encounter; engagement; fight; fighting; fray; rumble; scramble; scrap; set‐to
meevechten join in the fight
uitvechten fight
vechter fighter; combatant
vechterij fighting
vechthaan gamecock
vechtjas fighter; tough
vechtlust aggressiveness; pugnacity; combativeness
vechtpartij affray; brawl; ding‐dong; fight; tussle; run‐in; scuffle; scrap
vechtpet battle‐cap; forage‐cap
vechtsport combat sport
vechtwagen tank