Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord tailcoat
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(overcoat; greatcoat) | ||
van een laagje voorzien | provizi per tavoleto | |
(cover; overlay; lag; plate; protect; face; back; invest) | tegi | |
(fur; hide; skin; pelt) | ; ; ; | |
🔗 Their coats were thick and curly, but it was still too cold for shearing. | ||
(shadow) | gvatsekvi | |
(backside; rump; bottom; hindquarters; posterior; rear; behind) | ||
(trail) | sleep |
Engels | Nederlands |
---|---|
tailcoat | ⇆ pandjesjas; ⇆ rok; ⇆ slipjas |
coat | ⇆ aanstrijken; ⇆ bedekken; ⇆ bedekking; ⇆ bekleden; ⇆ bekleding; ⇆ doorroken; ⇆ huid; ⇆ jas; ⇆ laag; ⇆ mantel; ⇆ oogvlies; ⇆ pels; ⇆ schil; ⇆ vacht; ⇆ vel; ⇆ vlies; ⇆ wapen |
tail | ⇆ achterste; ⇆ de staart couperen; ⇆ eigendom met beperkt erfrecht; ⇆ einde; ⇆ gevolg; ⇆ nasleep; ⇆ pand; ⇆ queue; ⇆ rok; ⇆ schaduwen; ⇆ sleep; ⇆ slip; ⇆ slipjas; ⇆ staart; ⇆ staartje; ⇆ uiteinde; ⇆ vlecht; ⇆ volgen; ⇆ volger |