Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord verenigen

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(aaneenvoegen; bijeenbrengen; in elkaar zetten); ;
combine
;
🔗 Nu verenigen we het nuttige met het aangename.
; ;
unify
zich verenigen
(aansluiten; zich aaneensluiten)
associate
; ; ; ;
coalesce
;
associate
; ; ;
coalesce
;
unuiĝi
🔗 Waarom zouden de jongens zich ook niet verenigen?
(wat)
🔗 Na enige tijd was het voorbij.
(uniek);
singular
ia ajn
🔗 Op het eerste gezicht, zonder enig vervoermiddel, scheen er niets te zijn wat hij kon beginnen.
(welk … ook)
🔗 Volgens Kiëv heeft Rusland de afgelopen 24 uur meer dorpen en steden aangevallen dan op enige andere dag dit jaar.
verenigbaar
reconcilable
akordigebla
verenigd
united
unuiĝinta
combination
;
(genootschap; gezelschap; sociëteit)
society
;
combination
;
joining
;
junction
;
union
;
unification
(eenwording)
unification
;
union
(associatie; corps; genootschap)
association
🔗 Er is alle reden om dat te blijven doen, maar dat kan de vereniging niet alleen.

NederlandsEngels
verenigen aggregate; ally; associate; band; collect; combine; compound; confederate; conjoin; connect; consolidate; couple; embody; get together; incorporate; join; join up; knit; link; link up; mate; pair; pool; rally; unify; unite
het nuttige met het aangename verenigen combine business with pleasure
niet met elkaar te verenigen not consistent with each other
verenigen tot unite into
voor zover het te verenigen is met insofar as it is consistent with; insofar as it is compatible with; insofar as it is reconcilable with
zich verenigen associate; band; band together; coalesce; combine; conjoin; consolidate; gang up; get together; join; join forces; join up; knit; mate; pool; rally; unite; assemble
zich verenigen met join; join force with; link up with; join hands with; agree with; concur in; agree in
enig any; only; ripping; sole; some; unique; unmatched; single; singular; smashing; marvellous; delightful
verenigbaar combinable; compatible; reconcilable; consistent; consonant
verenigd collective; concrete; conjoint; conjunct; incorporate; joint; united
vereniging assemblage; association; body; coalescence; combination; combo; concourse; concurrence; confederacy; conjunction; conjuncture; consolidation; linkup; guild; junction; unification; union; joining; society; club; assembly