Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord hook

Engels	Nederlands (indirect vertaald)	Esperanto
hook (clasp; agraf)	agrafe ; haakje ; slot	agrafo
hook (fish‐hook)	angel ; vishaak ; haak	fiŝhoko
hook	haak	hoko
hook (couple; hang; secure; grasp)	haken	kroĉi
hook	haak	kroĉilo
hook	haakvormig ; krom	hoka
hook (clasp; fasten)	vasthaken	agrafi
hook on (hitch on; attach)	aanhaken	alkroĉi
hooks and eyes	haaksluiting	agrafa fermilo
billhook (sickle; reaping‐hook)	sikkel ; zicht	falĉileto
billhook (bill; pruning‐knife)	snoeimes	branĉotranĉilo
boathook	bootshaak	hokstango
button‐hook	knopehaak	butonumilo
fish‐hook (hook)	angel ; vishaak	fiŝhoko
reaping‐hook (sickle; billhook)	sikkel ; zicht	falĉileto
unhook (wean)	afhaken ; loshaken	dekroĉi
unhook (unfasten)	loshaken	malagrafi

Engels	Nederlands
hook	⇆ aan de haak slaan; ⇆ aanhaken; ⇆ angel; ⇆ blijven haken; ⇆ bocht; ⇆ boogbal; ⇆ dichthaken; ⇆ duim; ⇆ een boogbal slaan; ⇆ haak; ⇆ haken; ⇆ haken zetten aan; ⇆ het aanleggen met; ⇆ hoek; ⇆ hoekstoot; ⇆ kram; ⇆ naar zich toehalen; ⇆ sikkel; ⇆ snoeimes; ⇆ vasthaken; ⇆ vishaak
be hooked on	⇆ helemaak weg zijn van
by hook or by crook	⇆ eerlijk of oneerlijk; ⇆ met kunst‐ en vliegwerk; ⇆ op de een of andere manier
get hooked on	⇆ verslaafd raken aan
get one’s hooks into somebody	⇆ iemand het leven zuur maken
get somebody hooked on	⇆ iemand verslaafd maken aan
get somebody off the hook	⇆ iemand uit de puree halen
go off the hooks	⇆ een aanval van hysterie krijgen; ⇆ gek worden
hook in	⇆ inhaken
hook, line and sinker	⇆ compleet; ⇆ helemaal; ⇆ met alles erop en eraan
hook on	⇆ aanhaken
hook on to	⇆ vasthaken aan
hooks and eyes	⇆ haken en ogen
hook up	⇆ aanhaken; ⇆ aansluiten; ⇆ verbinden
off the hook	⇆ uit de puree; ⇆ van de haak
off the hooks	⇆ in het ongerede
on one’s own hook	⇆ op eigen houtje; ⇆ op zijn eigen houtje
sling one’s hook	⇆ ervandoor gaan
billhook	⇆ snoeimes
boathook	⇆ bootshaak; ⇆ pikhaak; ⇆ schippershaak
bucket‐hook	⇆ puthaak
button‐hook	⇆ knopehaak
crochet‐hook	⇆ haaknaald; ⇆ haakpen
fish‐hook	⇆ angel; ⇆ hoek; ⇆ vishaak
grappling‐hook	⇆ enterhaak
hooked	⇆ gehoekt; ⇆ haakvormig; ⇆ verslaafd
hook‐nose	⇆ haakneus; ⇆ haviksneus
hook‐shaped	⇆ haakvormig
hookworm	⇆ mijnworm
lifting‐hook	⇆ hefhaak
meat‐hook	⇆ vleeshaak
pothook	⇆ hengelhaak; ⇆ pothengsel
pruning‐hook	⇆ snoeimes
reaping‐hook	⇆ pikhaak; ⇆ sikkel; ⇆ zicht
sheep‐hook	⇆ herdersstaf
towing‐hook	⇆ trekhaak
unhook	⇆ afhaken; ⇆ loshaken
weeding‐hook	⇆ wiedijzer