Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word hekwerk
| Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
|---|---|---|
| (traliewerk) | railing | |
| (afsluiting; heining) | ; fence | |
🔗 Die hekken moeten jullie er ook maar uithalen. | ||
| (afrastering; rooster; traliehek) | grating ; grid ; grille ; grating ; lattice ; ; | |
🔗 Ten slotte werd hij in een grote donkere cel gestopt, een zwaar ijzeren hek werd dichtgedaan en daar zat hij nu. | ||
gate | ||
🔗 De bewaker had het hek gesloten en kwam naar hen toe lopen. | ||
handiwork | ||
🔗 Dit is het werk van de Heilige Geest. | ||
| (arbeid; emplooi; karwei) | ; | |
🔗 Ik was nog niet tot werk in staat. | ||
tow ; oakum | ||
| (boekwerk; opus) | ||
🔗 Naast al deze geschreven werken bevatte de grote bibliotheek echter nog veel meer. | ||
| Dutch | English |
|---|---|
| hekwerk | ⇆ railing; ⇆ railings; ⇆ trellis‐work |
| hek | ⇆ barrier; ⇆ fence; ⇆ gate; ⇆ hurdle; ⇆ rail; ⇆ railing; ⇆ railings; ⇆ paling; ⇆ screen; ⇆ stern |
| werk | ⇆ avocation; ⇆ business; ⇆ char; ⇆ chore; ⇆ doing; ⇆ employ; ⇆ employment; ⇆ fabric; ⇆ job; ⇆ labour; ⇆ motion; ⇆ oakum; ⇆ opus; ⇆ performance; ⇆ pursuits; ⇆ work; ⇆ stint; ⇆ tow |