Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord getrouw

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(loyaal; trouw)
faithful
; ; ;
trusty
(trouw)
faithfully
fidele
🔗 Die instructies had de zeeman getrouw uitgevoerd en hij was daarna vertrokken, waarheen wist Dick niet.
(trouw; getrouw)
faithfully
fidele
🔗 Ik zal u nu getrouwelijk voorlezen de bewoordingen van deze proclamatie, uitgevaardigd op de dag van heden door zijn koninklijke majesteit koning Casmir.
(trouw)
fidelity
;
(loyaliteit; trouw);
law‐abiding
leĝobservanta
🔗 Mijn was het nog, gezagsgetrouw.
(traditioneel)
🔗 Traditiegetrouw aten alle dansers van het feest na de voorstelling met de koninklijke familie in het paleis, maar Sam verkoos niet aanwezig te zijn.
faithful
🔗 Het is wel duidelijk dat hij zijn leven te danken heeft aan zijn trouwe hond Snuf.
(getrouwheid);
faithfulness
;
fidelity
; ;
(getrouw; loyaal)
faithful
; ; ;
trusty
(getrouwheid; loyaliteit); ; ;
🔗 Vergeet mijn trouw niet!
(getrouw)
faithfully
fidele
🔗 En Mowgli gehoorzaamde trouw.
loyally
🔗 Ik zal u trouw dienen.

NederlandsEngels
getrouw close; faithful; faithfully; liege; lifelike; loyal; loyally; regular; to the life; true; trusty; truthful
getrouw aan loyal to; true to
getrouwen stalwarts; trusty followers; henchmen
getrouwheid allegiance; fidelity; loyalty; truthfulness
gewoontegetrouw as usual; according to custom
gezagsgetrouw law‐abiding
natuurgetrouw true to nature; true to life
plichtsgetrouw dutiful
traditiegetrouw traditional; traditionally; true to tradition
trouw adherence; allegiance; consistency; constancy; constant; faith; faithful; faithfully; fealty; fidelity; leal; liege; loyal; loyalty; troth; trusty; stalwart; stanch; steadfast; truly; true; regular; loyally; faithfulness; marriage
waarheidsgetrouw veridical; truthful; faithful; true; factual