Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word zitten

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(poseren); ;
pass oneself off
pozi
🔗 José zat ook naar hem te kijken.
(wezen; zijn)
🔗 Zit er brandstof in de tank?
aan de grond zitten
;
run aground
(belemmeren; hinderen; derangeren)
disturb
;
hinder
; ; ;
encumber
;
hassle
;
irritate
;
inconvenience
;
🔗 Hij zit me een beetje dwars.
(plaatsnemen; zich zetten)
sit down
;
🔗 Ga zitten en tast toe.
be locked
esti ŝlosita
🔗 De laden zaten op slot.
;
put up with
; ; ; ; ; ;
🔗 Geen enkele ridder zal deze belediging op zich laten zitten.
op zwart zaad zitten
(blut zijn; geen rooie cent hebben)
be broke
;
grope
; ;
🔗 Ze begon er rustig aan te trekken terwijl ik aan haar tieten zat.
touch upon
; ;
skim
ektuŝi
sit at table
sidi ĉetable
🔗 Hij behoorde niet bij een der heren die in de heldere voorkamer met hun dames aanzaten.
(achtervolgen; najagen; achternazetten); ; ;
harrow
;
oppress
; ;
🔗 De Portugees die hij in hartje Gent had achternagezeten, kende Gent beter dan hij.
(erop nahouden; in het bezit zijn van; in eigendom hebben); ;
🔗 Hoeveel patronen bezitten we eigenlijk?
proprieti
🔗 Er is mij gezegd dat jij alle informatie bezat die we van node zouden hebben.
(achtervolgen; najagen; nazetten; achternazetten)
🔗 En daarna zou hij zijn aanvaller nazetten en in Klove groot rumoer veroorzaken.
kunteniĝi
(presideren)
🔗 U herinnert zich natuurlijk wel, sire, dat u vandaag het gerechtshof voorzit.
(huiskamer; woonvertrek; woonkamer);
sitting‐room
🔗 Frodo, Pepijn en Sam gingen terug naar de zitkamer.
🔗 Ze gleden van hun zitplaats en gingen door het luik naar buiten.
(eenkamerflat)
unuĉambra apartamento
🔗 De zittend president Daniel Ortega zal opnieuw het Middenamerikaanse land leiden nu hij de oppositie monddood heeft gemaakt en de belangrijkste oppositieleden heeft vastgezet.
sessile
(seance)
séance
;
assize
🔗 De zitting is volgens berichten verplaatst naar volgende week dinsdag.

DutchEnglish
zitten be; be inside; be seated; do; do time; set; sit
aan de grond zitten be on the rocks; be aground
aan tafel zitten sit at table; be at table
achter iemand heen zitten keep at somebody
achter iets heen zitten keep at something
achterover gaan zitten sit back
daar zit het ’m in that’s just it; that’s just the case
daar zit ik niet mee it’s not skin of my nose
daar zit ’m de moeilijkheid there’s the rub
gaan verzitten move to another seat; shift one’s position
gaan zitten sit down; stand down; take a seat; seat oneself; settle oneself; settle; take one’s weight off one’s feet
goed in de slappe was zitten be well‐heeled
iemand op zijn kop zitten sit on somebody; bully somebody
in de knel zitten be in a spot; be in a scrape; be up a gum‐tree
in de penarie zitten be up the spout; be in a scrape; be in the soup
in de puree zitten be in the soup; be up the spout; be in a fix
in moeilijkheden zitten be up the spout
met de gebakken peren zitten be up the spout
met de handen in het haar zitten be in a puzzle about what to do; scratch one’s head; be at one’s wit’s end
op het randje zitten sail close to the wind
op slot zitten be locked
op zich laten zitten sit down under
zitten aan muck about with; tamper with
aanzitten sit at table; sit down
achternazitten chivy; civvy; give chase to; run after
bezitten be possessed of; have; own; possess; hold
dichtzitten be blocked up; be congested
mooizitten beg
nazitten follow; hunt; pursue
neerzitten sit down
omhoogzitten be in a fix
opzitten sit up; stay up; mount
paalzitten pole‐squatting
stilzitten sit still; do nothing
thuiszitten sit at home
uitzitten sit out; sit through
vastzitten be mired; cling; stall; stick; be stuck; stick fast; be aground; be in prison; be at a nonplus; be marooned
vooroverzitten bend forward
voorzitten preside; preside at; preside over; be in the chair
zitkamer lounge; parlour; sitting‐room; living‐room
zitplaats seat
zitslaapkamer bed‐sitter; bed‐sittingroom; bedsit
zittend sedentary; sitting
zitting bottom; seat; session; sitting