English–Dutch dictionary
Dutch translation of the English word beg
English | Dutch (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
; | ||
(ask; ask for; bid; request; apply; seek; apply for) | ; | |
(beseech; implore; plead; appeal; beg for) | ; | |
🔗 We begged him to turn back. | ||
I beg your pardon (excuse me; sorry; I am sorry) | ||
; schooier |
English | Dutch |
---|---|
beg | ⇆ afbedelen; ⇆ bédelen; ⇆ bidden; ⇆ de hand ophouden; ⇆ mooizitten; ⇆ schooien; ⇆ smeken; ⇆ verzoeken; ⇆ vragen |
beg alms | ⇆ bédelen |
beg and pray | ⇆ bidden en smeken |
beg charity | ⇆ bédelen |
beg for it | ⇆ erom bedelen |
beg off | ⇆ vrijpleiten |
beg pardon? | ⇆ watblief? |
beg somebody off | ⇆ excuus vragen voor iemand; ⇆ kwijtschelding vragen voor iemand |
beg the question | ⇆ als bewezen aannemen; ⇆ de kwestie vermijden; ⇆ het punt in kwestie als bewezen aannemen; ⇆ niet ingaan op de kwestie zelf; ⇆ niet ingaan op de vraag zelf |
beg to be excused | ⇆ afschrijven; ⇆ bedanken; ⇆ zich verontschuldigen |
beg to differ | ⇆ het er geheel mee eens zijn |
go begging | ⇆ geen liefhebbers vinden |
I beg to differ | ⇆ helaas ben ik daarover niet met u eens |
I beg to inform you | ⇆ ik heb de eer u mede te delen |
I beg your pardon | ⇆ ik vraag u excuus; ⇆ neem me niet kwalijk; ⇆ neemt u me niet kwalijk; ⇆ pardon |
beggar | ⇆ bedelaar; ⇆ kerel; ⇆ schooier; ⇆ tot de bedelstaf brengen; ⇆ vent; ⇆ verarmen |