Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word leeftijdsgroep

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(ouderdom)
🔗 Op mijn leeftijd krijg je daar oog voor.

DutchEnglish
leeftijdsgroep age‐bracket; age group; age range
groep band; bank; batch; body; bracket; echelon; fleet; group; league; nest; panel; party; posse; squad; section; team; cluster; clump; turnout
leeftijd age; date; lifetime