Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word dienst

English/Dutch
Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
;
(kerkdienst)
🔗 Ọp de weg naar buiten kwamen haar dorpelingen tegemoet, meest oudere mannen en vrouwen die weinig meer om handen hadden en die de eerste openbare dienst in de tempel wilden bijwonen.
;
attendance
🔗 Een man die is veroordeeld voor de moord op de Russische journaliste Anna Politkovskaja komt vrij in ruil voor dienst in het Russische leger.
dienst hebben
be on duty
dienst nemen
enlist
varbiĝi
(niet werken)
malfunction
🔗 De motor heeft honderdtwee jaar lang nimmer dienst geweigerd, heb ik me laten vertellen.
🔗 Ik heb hem ooit een keer een dienst bewezen.
secret service
🔗 De Duitse autoriteiten denken dat Thanh vorig jaar is ontvoerd door de Viëtnamese geheime dienst.
in dienst hebben
esti dunginta
sign on
🔗 Wil je bij mij in dienst komen?
(aannemen; aanwerven; huren; tewerkstellen); ;
engage
🔗 Ik wil u in dienst nemen als magiër.
in dienst nemen
(engageren)
engage
(dienstplicht)
military service
🔗 In 1883, na zijn militaire dienst, ondernam Boas een reis naar de Eskimo’s van Baffin Island, Canada.
staat van dienst
(bedienen; dienen; helpen)
🔗 Waarmee kan ik u zo laat nog van dienst zijn?
(dienstwagen)
official car
;
official car
ofica aŭto
🔗 En met die woorden haastte hij zich met de magistraat naar de gereedstaande dienstauto.
official letter
ofica letero
servants
🔗 Er kwam dienstpersoneel.
(personeel)
seniority
🔗 U zult in uw diensttijd hier nog wel vreemdere dingen te zien krijgen.
labour‐contract
🔗 Als meneer Peeley mij uit mijn baan zet, dan zal ik mijn dienstverband als geëindigd beschouwen.
(ambtswoning)
official residence
ofica loĝejo
(geloof; religie)
🔗 Ofschoon ik op de hoogte ben van wel honderd godsdiensten, hecht ik geloof aan geen.
serfdom
;
servitude
(engagement; huur)
(dienst; godsdienstoefening);
church service
;
divine service
vriendendienst
kind turn
;
good office
guard‐duty

DutchEnglish
dienst⇆ administration; ⇆ attendance; ⇆ bureau; ⇆ command; ⇆ duty; ⇆ employ; ⇆ engagement; ⇆ kindness; ⇆ office; ⇆ service; ⇆ turn
actieve dienst⇆ active service
buiten dienst⇆ off duty; ⇆ out of commission; ⇆ retired; ⇆ taken out of the service
buiten dienst stellen⇆ lay up; ⇆ scrap
de dienst opzeggen⇆ give notice; ⇆ give notice to quit
de dienst overnemen⇆ take over charge
de dienst uitmaken⇆ run the show
de ene dienst is de andere waard⇆ one good turn deserves another
dienst doen⇆ officiate; ⇆ serve; ⇆ perform the duties of one’s office; ⇆ be on duty; ⇆ be useful
dienst doen als⇆ do duty as; ⇆ serve the purpose of; ⇆ serve as; ⇆ serve for
dienst hebben⇆ be in attendance; ⇆ be in charge; ⇆ be on duty
dienst nemen⇆ enlist; ⇆ enrol; ⇆ join; ⇆ join up
dienst weigeren⇆ malfunction
geen dienst hebben⇆ be off duty; ⇆ be out of employment
geheime dienst⇆ secret service
goede diensten bewijzen⇆ do good service
het heeft zijn dienst gedaan⇆ it has served its purpose
iemand een dienst bewijzen⇆ so somebody a service; ⇆ render somebody a service; ⇆ do somebody a turn
iemand een slechte dienst bewijzen⇆ do somebody a disfavour; ⇆ do somebody an ill service; ⇆ do somebody a bad turn
in dienst gaan⇆ go into service; ⇆ enter the service
in dienst hebben⇆ employ
in dienst komen⇆ enter upon one’s duties; ⇆ take up office; ⇆ enter the service
in dienst nemen⇆ engage; ⇆ engagement; ⇆ enrol; ⇆ hire; ⇆ put in; ⇆ take into one’s service; ⇆ employ
in dienst stellen⇆ commission; ⇆ press into service; ⇆ put on the service; ⇆ put into use
in dienst stellen van⇆ place at the service of
in dienst zijn⇆ be in service; ⇆ be serving; ⇆ be on duty; ⇆ be in the army
militaire dienst⇆ national service
onder dienst gaan⇆ enlist
onder dienst zijn⇆ be in the army
staat van dienst⇆ record; ⇆ record of service
ten dienste van⇆ for the use of
tot uw dienst!⇆ at your service!; ⇆ no trouble!; ⇆ no trouble at all!; ⇆ you’re welcome!
van dienst zijn⇆ accommodate; ⇆ bestead; ⇆ oblige; ⇆ serve
zijn dienst bewijzen⇆ be of service
beurtdienst⇆ regular service
beveiligingsdienst⇆ security service
broederdienst⇆ brotherly service
busdienst⇆ bus service
dagdienst⇆ daywork; ⇆ day shift; ⇆ day service
dankdienst⇆ thanksgiving service
dienstauto⇆ official car
dienstbetoon⇆ services rendered
dienstbetrekking⇆ service
dienstbevel⇆ order
dienstboek⇆ service book
dienstbrief⇆ missive; ⇆ official missive
dienstensector⇆ service industries
dienstijver⇆ professional zeal
dienstkleding⇆ uniform
dienstorder⇆ service order
dienstpersoneel⇆ servants
dienstrooster⇆ duty roster
diensttijd⇆ working‐hours; ⇆ hours of attendance; ⇆ term of office; ⇆ period of service
dienstverband⇆ engagement
dienstverlenend⇆ service
dienstvertrek⇆ office
dienstweigeren⇆ object to military service; ⇆ refuse to serve in the army; ⇆ refuse to enter the service
dienstweigering⇆ refusal to obey orders
dienstwoning⇆ official residence
dienstzaak⇆ official business
etappedienst⇆ supply service; ⇆ rear service
gedienstig⇆ obliging; ⇆ obsequious
gezondheidsdienst⇆ public health service; ⇆ health department
girodienst⇆ giro
godendienst⇆ idolatry
godsdienst⇆ religion; ⇆ religious education; ⇆ divine worship
gouvernementsdienst⇆ government service
gronddienst⇆ ground organization
herendienst⇆ forced labour; ⇆ statute labour
hersteldienst⇆ repair service
inlichtingendienst⇆ intelligence department; ⇆ intelligence service
kerkdienst⇆ divine service; ⇆ office; ⇆ service; ⇆ church service; ⇆ religious service
keuringsdienst⇆ inspection department
knipseldienst⇆ cutting department; ⇆ clipping department; ⇆ morgue
koeriersdienst⇆ courier service; ⇆ messenger service
krijgsdienst⇆ military service
liefdedienst⇆ act of charity
lijkdienst⇆ funeral; ⇆ obit; ⇆ obsequies; ⇆ funeral service; ⇆ service for the dead; ⇆ service for the burial of the dead
lijndienst⇆ regular service
loodsdienst⇆ pilot‐service; ⇆ pilotage
loondienst⇆ wage‐earning
nieuwsdienst⇆ news‐service
ochtenddienst⇆ morning duty; ⇆ morning‐service
ondienst⇆ bad service; ⇆ ill service; ⇆ bad turn; ⇆ ill turn
opsporingsdienst⇆ tracing and search department; ⇆ criminal investigation department; ⇆ prospecting department
ordedienst⇆ guard
overheidsdienst⇆ civil service
pendeldienst⇆ shuttle; ⇆ shuttle service
ploegendienst⇆ shift work; ⇆ shift
postdienst⇆ mail service; ⇆ post; ⇆ postal service
radionieuwsdienst⇆ news‐cast; ⇆ radio news
reinigingsdienst⇆ sanitary department
rijksdienst⇆ government service; ⇆ public service; ⇆ governmental department; ⇆ governmental agency
rouwdienst⇆ memorial service
sleepdienst⇆ towing‐service
sneldienst⇆ quick service; ⇆ express service
spandienst⇆ <form of statue labour>
storingsdienst⇆ fault‐clearing service
telefoondienst⇆ telephone service
tempeldienst⇆ temple service
trouwdienst⇆ marriage service
uitvaartdienst⇆ funeral ceremonies; ⇆ obsequies
uurdienst⇆ hourly service
veiligheidsdienst⇆ security service
velddienst⇆ field‐service; ⇆ field‐duty
verbindingsdienst⇆ signals
vesperdienst⇆ vespers
vliegdienst⇆ flying service; ⇆ air service
voorlichtingsdienst⇆ public relations department; ⇆ information service
vormendienst⇆ formalism
vrachtdienst⇆ cargo service
vriendendienst⇆ kindness; ⇆ kind turn; ⇆ good office
vroegdienst⇆ morning‐service; ⇆ early service
wachtdienst⇆ guard‐duty; ⇆ watch