Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord use

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
(application; employment)
(application; employment)
🔗 All have medical and culinary uses.
(usage; using);
🔗 The use of basic words in the beginning is recommended.
(employ; make use of; turn to account; turn to good account); ; ;
🔗 I want to use it as best I can.
;
🔗 The junta’s use of Russian private military contractors has also angered other European countries involved in the French‐led and other military missions.
be of use
(be suitable; fit; suit; serve; do)
;
geschikt zijn
put into use
ekuzi
put in use
(start working; get to work; hit the deck; settle to work; set to work)
; ; ; ;
use up
(wear out; overtax)
use up
(deplete)
;
use up
(deplenish)
; ;
foruzi
use up
(consume)
;
use up
(exhaust)
putten uit
;
misuse
(abuse)
(use; using)
(custom; mores; way)
used
;
uzita
(beneficial);
🔗 Return to Glentin and find useful work.
useful
(convenient; handy; comfortable)
; ; ; ;
useful
(of use; suitable; appropriate; apt; due; expedient; right; fitting; applicable)
(ineffective; pointless; unavailing);
🔗 He called it useless, did he?
useless
(futile; vain; fruitless; idle; ineffectual; sterile; abortive)
;
🔗 This is the user’s password.

EngelsNederlands
use aanwenden; aanwending; behandelen; bejegenen; bezigen; gebruik; gebruiken; gebruik maken van; gewoonte; inzet; inzetten; nut; te baat nemen; zich ten nutte maken
article of use gebruiksvoorwerp
be not much use as niet erg deugen voor
be of frequent use veel gebruikt worden
be of no use niet baten; niets baten; van geen nut zijn
be of use helpen; nuttig zijn; van nut zijn
be out of use in onbruik geraakt zijn; in onbruik zijn
convert money to one’s own use geld ten eigen bate aanwenden
energy use energieverbruik
for everyday use voor dagelijks gebruik
go out of use in onbruik geraken
have a use for everything alles kunnen gebruiken
have in use in gebruik hebben
have no use for something iets niet kunnen gebruiken
have the use of beschikken over
in use in gebruik
it is not of much use het haalt niet veel uit
it is no use for you to … het geeft je niets of je …
it’s no use het heeft geen zin; het helpt niet; het lukt toch niet
make a bad use of misbruiken; slecht besteden
make a good use of nuttig besteden
make a great use of druk gebruik maken van
make good use of een goed gebruik maken van; goed besteden; goed gebruik maken van; nuttig besteden
of what use will it be? wat zal het helpen?
out of use buiten gebruik
put into use in dienst stellen; in gebruik nemen; in gebruik stellen
put it to good use er goed gebruik van maken; het goed besteden
put to good use een goed gebruik maken van
ready for use gebruiksklaar
that’s of no use to me daar heb ik niets aan
that will be no use dat haalt niets uit
they are not much use as je hebt er niet veel aan voor; ze deugen niet erg voor
use freely druk gebruik maken van; ruim gebruik maken van; veel gebruik maken van
use somebody roughly iemand ruw aanpakken; iemand ruw behandelen
use up opgebruiken; opmaken; opsouperen; verbruiken; verschieten
what is the use of it? wat heb je eraan?
what’s the use? wat baat het?; wat geeft het?
disuse inactiviteit; onbruik
ill‐use mishandelen; slecht behandelen; verkeerd behandelen
misuse misbruik; misbruiken; mishandelen; verkeerd gebruik; verkeerd gebruiken
underuse te weinig gebruiken
usage behandeling; gebruik; gewoonte; spraakgebruik; taalgebruik; usance; usantie
used afgewerkt; gebruikt; gewend; gewoon; tweedehands
useful bruikbaar; dienstig; nuttig; valabel; verdienstelijk
useless niets waard; nutteloos; onbruikbaar; onnut; vergeefs
user gebruiker; verbruiker