English–Dutch dictionary
Dutch translation of the English word return
English | Dutch (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(tax return) | ||
(give back; restore; render) | ||
🔗 Because all operators are required to return a value, the assignment operator returns the value assigned to the variable. | ||
(income; revenue; allowance; annuity) | ||
(come back) | ; ; | |
🔗 And if you do not return? | ||
; | ||
🔗 The 51‐year‐old is also desperate to avoid a return to Russian rule. | ||
(income; proceeds; revenue; takings) | ||
(fetch; recall; take back) | ||
(answer; reply; respond; correspond) | ||
🔗 “Not so fast”, returned the wary Gael. | ||
🔗 The 51‐year‐old is also desperate to avoid a return to Russian rule. | ||
🔗 And as for the return journey, they aren’t likely to want to cross the Forest of Shadows and swim the White River. | ||
tax return (return) | ||
returns (statement; roll; waybill) | ; ; ; ; | |
return‐ticket | ; |
English | Dutch |
---|---|
return | ⇆ aangifte; ⇆ afvaardigen; ⇆ antwoord; ⇆ antwoorden; ⇆ beantwoorden; ⇆ belastingaangifte; ⇆ beloning; ⇆ betaald zetten; ⇆ geven; ⇆ inleveren; ⇆ kiezen; ⇆ opbrengst; ⇆ opgeven; ⇆ rapport; ⇆ restitueren; ⇆ retour‐; ⇆ retourbiljet; ⇆ retourneren; ⇆ retourzending; ⇆ return; ⇆ tegenprestatie; ⇆ terug‐; ⇆ terugbetalen; ⇆ terugbrengen; ⇆ teruggaaf; ⇆ teruggaan; ⇆ teruggave; ⇆ teruggeven; ⇆ terugkeer; ⇆ terugkeren; ⇆ terugkomen; ⇆ terugkomst; ⇆ terugreis; ⇆ terugreizen; ⇆ terugslaan; ⇆ terugslag; ⇆ terugtocht; ⇆ terugvaren; ⇆ terugweg; ⇆ terugzenden; ⇆ terugzending; ⇆ terugzetten; ⇆ thuiskomst; ⇆ uitbrengen; ⇆ vergelden; ⇆ vergelding; ⇆ verkiezen; ⇆ verkiezing; ⇆ verslag; ⇆ wederkeren; ⇆ weer inleveren; ⇆ winst; ⇆ zich terugbegeven |
as a return for | ⇆ ter vergelding van; ⇆ tot dank voor |
be loved in return | ⇆ wederliefde vinden |
be returned guilty | ⇆ schuldig verklaard worden |
by return | ⇆ per kerende post; ⇆ per omgaande |
by return of post | ⇆ per kerende post; ⇆ per omgaande |
day return | ⇆ dagretour |
do something in return | ⇆ iets terugdoen |
election returns | ⇆ verkiezingsuitslag |
examination returns | ⇆ examenopgaven |
in return | ⇆ hiervoor |
in return for | ⇆ als vergelding voor; ⇆ in ruil voor; ⇆ ter beloning van; ⇆ ter vergelding van; ⇆ voor |
many happy returns | ⇆ nog vele jaren |
many happy returns of the day | ⇆ nog vele jaren |
on sale or return | ⇆ in commissie |
pass the point of no return | ⇆ niet meer terug kunnen |
point of no return | ⇆ point of no return |
return a call | ⇆ een bezoek beantwoorden; ⇆ een tegenbezoek brengen |
return a greeting | ⇆ teruggroeten |
return a profit | ⇆ winst opleveren |
return a salutation | ⇆ teruggroeten |
return a salute | ⇆ teruggroeten |
return a verdict | ⇆ een uitspraak doen |
return a visit | ⇆ een tegenbezoek brengen |
return call | ⇆ tegenbezoek |
return cargo | ⇆ thuislading |
return evil for good | ⇆ goed met kwaad vergelden |
return flight | ⇆ retourvlucht |
return freight | ⇆ retourvracht |
return game | ⇆ returnwedstrijd; ⇆ revanchepartij |
return journey | ⇆ terugreis; ⇆ terugtocht |
return like for like | ⇆ met gelijke munt betalen |
return match | ⇆ returnwedstrijd; ⇆ revanche |
return thanks | ⇆ bedanken; ⇆ danken; ⇆ dankzeggen; ⇆ zijn dank betuigen |
return to | ⇆ herbeginnen; ⇆ hervatten; ⇆ terugkomen op; ⇆ voortborduren op |
return trip | ⇆ terugreis; ⇆ terugtocht |
return visit | ⇆ tegenbezoek |
return voyage | ⇆ terugreis; ⇆ terugtocht |
tax return | ⇆ belastingaangifte; ⇆ belastingaangifteformulier |
VAT return | ⇆ BTW‐aangifte |
returnable | ⇆ in te leveren; ⇆ retourneerbaar |
return‐match | ⇆ revanchepartij |
returns | ⇆ cijfers; ⇆ opgaaf; ⇆ opgave |
return‐ticket | ⇆ retourbiljet; ⇆ retourkaartje; ⇆ retourtje |