Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word antwoord

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(bescheid; wederwoord); ;
🔗 Geef antwoord, verdachte!
(antwoorden);
respondi al
🔗 Geef de inquisiteur antwoord!
(antwoorden; antwoorden op; verantwoorden); ; ;
🔗 Tom Poes gaf geen antwoord.
🔗 Hij belde weer eens naar die Dirk en kreeg opnieuw zijn antwoordapparaat.
reply coupon
(antwoorden op); ; ;
🔗 Vraag en u zult geantwoord worden!
respondi al
🔗 Maar alleen de echo’s antwoordden hem.

DutchEnglish
antwoord answer; counterblast; rejoinder; reply; response; return
in antwoord op in reply to; in answer to
memorie van antwoord memorandum in reply
antwoordapparaat answering‐machine
antwoordcoupon reply coupon
antwoorden answer; come back; make an answer; make answer; rejoin; reply; respond; return; retord; talk back
antwoordkaart business reply card
antwoordnummer freepost; prepaid reply