English–Dutch dictionary
Dutch translation of the English word moves
English | Dutch (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(act; action; deed; step) | ||
🔗 This dented his popularity, but it was a necessary move. | ||
(movement; motion; shift; stroke) | ; | |
🔗 None of them made a move toward the door. |
English | Dutch |
---|---|
move | ⇆ aandoen; ⇆ bewegen; ⇆ beweging; ⇆ dóórstromen; ⇆ ertoe aanzetten; ⇆ gaan; ⇆ iets doen; ⇆ in beweging brengen; ⇆ indienen; ⇆ maatregel; ⇆ ontroeren; ⇆ overbrengen; ⇆ rijden; ⇆ roeren; ⇆ stap; ⇆ trekken; ⇆ trekken naar; ⇆ verhuizen; ⇆ verhuizing; ⇆ verkassen; ⇆ verliggen; ⇆ verplaatsen; ⇆ verroeren; ⇆ verschuiven; ⇆ vertillen; ⇆ vervoeren; ⇆ verzetten; ⇆ voorstellen; ⇆ voortbewegen; ⇆ weggaan; ⇆ zet; ⇆ zich bewegen; ⇆ zich in beweging zetten; ⇆ zich roeren; ⇆ zich verplaatsen; ⇆ zich verroeren; ⇆ zich voortbewegen |