Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word voetganger

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
🔗 Moet u de voetganger voor laten gaan?
🔗 Ik ging door de steeg aan den achterkant en klom over den muur, zodat ik op het terrein van het kasteel terecht kwam.
(gang; loop; verloop)
going
🔗 Het gaan werd moeilijker.
(lopen; te voet gaan)
piediri
(overgaan); ;
🔗 Opnieuw ging de gong.
(rijden);
<futura helpverbo>
🔗 Wat gaan we doen, chef?
;
refer
🔗 Het gaat niet om geld, het gaat om schatten!
succeed
🔗 Op die manier gaat het niet.
(zich begeven; varen)
🔗 Hij ging naar de eetzaal van het hotel en nam plaats aan de hoek van een tafel.
(begaan)
🔗 Maar om de rechtsstaat te herstellen en de overige EU‐miljarden te krijgen zal Polen onder Tusk een lange weg te gaan hebben.
🔗 Ze zijn met de auto gegaan en moesten een anderhalf uur rijden.
(basis; onderkant; onderzijde)
🔗 Het dak van de toren lag een paar voet lager.
(poot)
🔗 Ik keek dus naar mijn voeten.
pedestrian zone
;
pedestrian precinct
piedira zono

DutchEnglish
voetganger foot‐passenger; pedestrian; walker
gaan bear; depart; draw; fare; go; going; move; pass off; proceed; range; walk; step; run; set; go and; go out; get on; walking; travel; make one’s way; be about
voet base; basis; bottom; foot; footing
voetgangersgebied pedestrian precinct; pedestrian zone
voetgangersoversteekplaats crosswalk; pedestrian crossing
voetgangerstunnel subway; pedestrian subway; pedestrian tunnel
voetgangster pedestrian; female pedestrian