Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word vergeven

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(weggeven)
(begenadigen); ; ;
remit
🔗 God vergeve het mij dat ik zo over een dode spreek.
(vergiftigen)
🔗 Zou hij vergeven zijn?
;
impart
; ; ; ; ;
🔗 Gij gaaft het al.
(aangeven; verlenen; uitbrengen)
🔗 Geef me vijf minuten.
🔗 Hoeveel geef je voor deze jas?
(toebrengen)
🔗 Waar kan ik een feest geven?
(opbrengen; bieden);
🔗 De hemel geve dat het zo is.
(opleveren)
🔗 Het gras op de weide verdorde en de koe gaf geen melk.
🔗 De meeste prikken kunnen de eerste 2 dagen koorts geven.
(schenken)
🔗 Hadden ze hem de taak gegeven ons te vertellen wanneer we zouden vertrekken?
vergeeflijk
venial
pardonebla
vergeving
(genade; gratie; vergiffenis)

DutchEnglish
vergeven condone; excuse; forgive; give away; misdeal; pardon; poison; remit
vergeven van infested with
geven afford; allow; bestow; catch; convey; deal; deliver; emit; fetch; give; give forth; give out; giving; hit; impart; mete out; pass; present; put; put on; render; return; spare; yield; run; take; make a present of; present with; produce; hand; volunteer
vergeeflijk excusable; pardonable; remissible; venial; forgivable
vergevend absolutary
vergevensgezind forgiving; placable
vergeving pardon; remission