Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord ophouden met

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(afbreken; opheffen; staken; stelpen; stoppen; stopzetten; opgeven); ;
🔗 Peter, hou op met werken!
(uitsteken)
expand
; ;
spread
; ;
stretch out
(aflopen; eindigen);
🔗 En daar hield ook de kennis van Thomas op.
leave on
ne demeti
🔗 En wilt u alstublieft uw hoed ophouden, meneer Bond?
(aflaten; stoppen; uitscheiden; uitscheiden met; afbreken); ; ;
🔗 Het geluid hield op.
be late
;
be behind
🔗 Hij kan door een heleboel dingen zijn opgehouden.

NederlandsEngels
ophouden met abandon; back off; cease; cease from; chuck in; chuck up; cut out; discontinue; leave off; pack up; stop
ophouden break; call it a day; cease; cessation; delay; desist; detain; discontinuance; discontinuation; drop; dry up; end; finish; give over; hold up; keep; keep on; keep up; maintain; peter out; quit; retard; surcease; terminate; stop; make stop; come to a stop; support; sustain; tie up; hold out; withdraw; uphold