Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord afwenden
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(afdraaien; afkeren) | ; divert ; | |
🔗 Hij wendde de blik af en keek vooruit. | ||
🔗 Memled bedekte zijn gezicht met zijn handen en wendde zich af. | ||
(gereed; klaar) | ||
🔗 Maar het portret is nog niet af. | ||
(van; van … af) | de sur | |
🔗 Hij vluchtte de berg af. | ||
(onvermijdelijk) |
Nederlands | Engels |
---|---|
afwenden | ⇆ abduce; ⇆ avert; ⇆ deviate; ⇆ divert; ⇆ forefend; ⇆ obviate; ⇆ parry; ⇆ stave off; ⇆ turn; ⇆ turn aside; ⇆ turn away; ⇆ turn off; ⇆ ward; ⇆ ward off |
zich afwenden | ⇆ turn away; ⇆ turn aside |
zich afwenden van | ⇆ turn from |
af | ⇆ down; ⇆ exeunt; ⇆ out of play; ⇆ off; ⇆ finished; ⇆ out |
onafwendbaar | ⇆ not to be averted; ⇆ inevitable |
wenden | ⇆ cast; ⇆ go about; ⇆ haul; ⇆ head; ⇆ put about; ⇆ wind; ⇆ turn; ⇆ veer |