Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord strength

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
(force; toughness);
(vigour; agency);
🔗 She exerted all her strength, to no avail.
(solidity; stamina; toughness);
(titre; fineness);
(fortify)
(freshen; increase; grow stronger)
sterker worden
plifortiĝi
(boost)
🔗 At the time king Casmir had thought only to strengthen himself for his eventual confrontation with Dahaut, never expecting to be embroiled in trouble not of his own choosing, especially a war with Troicinet.
(vigorous; forceful; tough; stallwart; powerful); ; ;
🔗 She wanted to stay with his strong arms around her and his cock buried deeply in her for ever.
(concentrated)
koncentrita
(firm; robust; sturdy; burly; resistant; rugged; solid; tough; able‐bodied; hefty; stout); ; ; ;
🔗 Smaller grain size makes a ceramic stronger, because the larger a grain is, the easier it is for cracks to both form and spread.
🔗 You have strong enemies.
🔗 Bernie Sanders is undeniably the strongest candidate against Donald Trump.
🔗 Hence, this is not a strong argument.
(hefty)
🔗 While the odour of urine can vary somewhat, in most cases, it does not have a strong smell.
; ;
🔗 Strong winds forced a flight at Heathrow Airport to abort its landing seconds after touching down on the runway.

EngelsNederlands
strength bezetting; forsheid; getalsterkte; hechtheid; kracht; krachten; macht; sterkte
adhesive strength kleefkracht
bodily strength lichaamskracht
exert one’s utmost strength al zijn krachten inspannen
fighting strength oorlogssterkte
gather one’s strength zijn krachten verzamelen
go from strength to strength gestadig vooruitgaan
manly strength mannenkracht
muscular strength spierkracht
numerical strength getalsterkte
on the strength of naar aanleiding van; op grond van
physical strength lichaamskracht
regain one’s strength zijn krachten herkrijgen
regain strength op krachten komen; weer op krachten komen
strength of mind geestkracht
strength sports krachtsport
tension strength trekvastheid
there were there in strength the opkomst was groot
trial of strength krachtmeting; krachtproef
union is strength eendracht maakt macht
war strength oorlogssterkte
strengthen sterk worden; sterken; sterker worden; versterken; verstevigen; verzwaren
strong duchtig; fors; gegrond; goed; hecht; krachtdadig; krachtig; kras; potig; ranzig; solide; solied; sterk; stevig; straf; vast; vurig; zwaar