Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord hall attendant

Engels	Nederlands (indirect vertaald)	Esperanto
attendant (steward)	steward	stevardo
attendant (servant; man‐servant)	bediende	servisto
attendant (stewardess; hostess)	hostess ; stewardess	stevardino
attendant (saleswoman; saleslady)	verkoopster ; winkeljuffrouw	vendistino
attendant (salesman; vendor)	verkoper	vendisto
attendant	ouvreuse	kineja sidlokmontristino
hall	hal	halo
🔗 They entered a flagged hall, and the sound of piping grew louder.
hall (antechamber; waiting‐room; vestibule; lobby; entrance‐hall; anteroom)	vestibule	antaŭĉambro

Engels	Nederlands
hall attendant	⇆ zaalwachter
attendant	⇆ aanwezig; ⇆ bediende; ⇆ bedienend; ⇆ begeleidend; ⇆ begeleider; ⇆ bewaker; ⇆ bijbehorend; ⇆ bijkomende; ⇆ dienstdoend; ⇆ gepaard gaand; ⇆ oppasser; ⇆ ordebewaarder; ⇆ ordebewaker; ⇆ ouvreuse; ⇆ suppoost; ⇆ vergezellend; ⇆ verpleger; ⇆ verzorger; ⇆ volgeling
hall	⇆ college; ⇆ eetzaal; ⇆ gildehuis; ⇆ hal; ⇆ herenhuis; ⇆ lokaal; ⇆ lokaliteit; ⇆ portaal; ⇆ ridderzaal; ⇆ slot; ⇆ stadhuis; ⇆ studentenhuis; ⇆ vestibule; ⇆ voorhuis; ⇆ voorportaal; ⇆ voorzaal; ⇆ zaal