English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word road

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(path; way)
(highway; roadway; high road)
;
(route; way; course; passage; pathway)
(path)
🔗 Trump does retain a chance of winning, though has fewer roads to 270 electoral votes than his rival Joe Biden.
access road
snelwegoprit
aŭtostrada alveturejo
be on the road
(be away on a journey; be on a journey)
esti vojaĝanta
coast road
high road
(highway; road; roadway)
; ;
straatweg
major road
voorrangsweg
prioritata vojo
major road
;
road sign
verkeersbord
road user
;
(railway); ;
🔗 There’s no railroad within two hundred miles.
wegenkaart
🔗 For example, a road‐map must provide accurate relative distances.
roads
(roadstead; anchorage)
roadway
(highway; road; high road)
(carriageway);
roadworthy
vojtaŭga

EnglishDutch
road baan; rede; rijweg; straat; weg
access road aanvoerweg; invalsweg; oprit; toegangsweg
approach road aanvoerweg; invalsweg; oprit
asphalt road asfaltweg
be on the road op reis zijn; op tournee zijn; reizen; rondreizen
bituminous road asfaltweg
brick‐paved road klinkerweg
by road over de weg; per auto; per bus
coast road kustweg
connecting road verbindingsweg
country road buitenweg; landweg; veldwegel
forest road bosweg
gravelled road grindweg; kiezelweg
gravel road grindweg
have no road sense een gevaar op de weg zijn
high road beste weg; grote weg; heerbaan; heerweg; hoofdweg; kortste weg; snelste weg; straatweg
hit the road ervandoor gaan; weggaan
hold the road vast op de weg liggen
hold the road well goed op de weg liggen; vast op de weg liggen
in the roads binnengaats
knight of the road struikrover
main road grote weg; hoofdweg
major road voorrangsweg
minor road niet‐voorrangsweg
motor road autoweg
occupation road particuliere weg
one for the road afzakkertje; een afzakkertje; een glaasje op de valreep
orbital road ringweg
parallel road parallelweg
ring road randweg; ringweg; rondweg
road accident verkeersongeluk; verkeersongeval
road marking signalisatie
road offence verkeersovertreding
road offender verkeerszondaar
road rule camera flitspaal
road safety veilig verkeer; verkeersveiligheid
road safety camera flitspaal
road service wegenwacht
road sign verkeersbord
road surface wegdek
road sweeper straatveger
road system wegennet
road tax wegenbelasting
road traffic wegverkeer
road trip autotocht
road user verkeersdeelnemer; weggebruiker
road works wegwerkzaamheden
rural road buitenweg; landweg
sandy road zandweg
service road ventweg
sunken road holle weg
there is no royal road to learning geleerdheid komt iemand niet aanwaaien; kennis komt niemand aanwaaien
toll road tolweg
turnpike road hoofdweg; snelverkeersweg
two‐laned road tweebaansweg
two‐lane road tweebaansweg
unmetalled road onverharde weg
unpaved road onverharde weg
by‐road bijweg; binnenweg; landweg; zijweg
cross‐road cruciaal moment; dwarsweg; keerpunt; kruispunt; kruisweg; tweesprong; viersprong; wegkruising
middle‐of‐the‐road gematigd; neutraal; weinig uitgesproken
railroad erdoor drukken; per spoor vervoeren; per spoor verzenden; spoor; spoorbaan; spoorweg
road‐block wegversperring
road‐bridge verkeersbrug
road‐deviation wegomlegging
road‐hog snelheidsmaniak; wegpiraat
road‐house baancafé; chauffeursrestaurant; wegrestaurant
roadhouse uitspanning
roadman straatmaker; stratemaker; wegwerker
road‐map wegenkaart
road‐pricing rekeningrijden
road‐roller wegwals
roads rede; ree
roadside kant van de weg; weg‐
roadster toerfiets
roadway brugdek; rijbaan; rijweg
road‐worker wegwerker
roadworthy rijwaardig
sliproad afrit; invoegstrook; oprit; toerit; vluchtstrook
trunk‐road hoofdweg