Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word ringweg

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
🔗 Ze gaf hem de ring.
(band);
🔗 Toen nam hij de kleine cilinder met de rode ringen uit zijn zak, en controleerde die ook.
(baan)
🔗 Je kan hem overal verloren hebben op de weg.
(heen; voort; verwijderd; henen; uit);
;
;
pathway
; ; ;
🔗 President Trump baande zich een weg naar de kerk.
;
🔗 Er was geen weg terug.
(route)
🔗 Hij vroeg de weg naar Lyon.

DutchEnglish
ringwegbypass; bypass road; orbital road; ring road
ringband; belt; circle; circlet; collar; girdle; hoop; prize‐ring; ring
wegavaunt; avenue; away; course; done for; gone; haul; inlet; lost; off; out; path; pathway; road; way; track; route; tract; out of the way