English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word remind

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
remind
(recall)
remind
(recall; commemorate)
remind of
(intellect);
;
🔗 They exist only in your mind.
(observe; comply; mark; respect; watch; abide by); ; ; ; ; ;
(pay attention; pay attention to; heed; watch out; be attentive; be attentive to; take notice of); ; ;
passen op
(take offence; pout; sulk);
gekwetst worden
;
zich beledigd voelen
ofendiĝi
(spirit; genie)
reminder
(alert)

EnglishDutch
remind doen denken; herinneren; rappeleren
remind me that help me onthouden dat
remind of doen denken aan; herinneren aan
remind somebody of something iemand aan iets herinneren; iemand iets in herinnering brengen
that reminds me dat is waar ook; à propos
mind acht slaan op; bedenken; bezwaar hebben; bezwaar hebben tegen; brein; denken om; er bezwaar tegen hebben; er iets op tegen hebben; er wat om geven; gedachten; geest; gemoed; geven om; gevoelen; gezindheid; het erg vinden; het goed vinden; let wel; letten op; lust; mening; neiging; op zijn tellen passen; opinie; oppassen; passen op; trek; verstand; zich herinneren; zich het aantrekken; zich in acht nemen; zich storen aan; zin; zorgen voor
reminder aanmaning; geheugensteuntje; herinnering; waarschuwing