Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word stelregel

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(grondregel; spreuk)
maxim
;
precept
🔗 Madouc, heb je deze nieuwe stelregel begrepen?
🔗 Van de regel wordt niet meer afgeweken.
(opmaken; opstellen; stileren)
edit
;
draw up
; ;
(aannemen; menen; onderstellen; vermoeden; veronderstellen)
🔗 Stel dat ik het dubbele verdiende van wat ik nu verdien.
(gelijkzetten; rechtzetten)
(opslaan; zetten)
(poneren)
🔗 Kiëv stelt dat Rusland de hand heeft in de protesten.
(doen; afsluiten; sluiten);
🔗 Hij is niet iemand aan wie je vragen stelt.
(leggen);

DutchEnglish
stelregel maxim; precept
regel canon; law; line; maxim; rule; ruler; measure
stellen adjust; compose; contrast; interpose; lay down; make; place; pose; put; state; run; set; tune; tune up; suppose; fix