Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word spannend

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
spannend
(gespannen; strak)
tense
;
tight
streĉa
(inspannen)
(uitrekken);
🔗 Men ging over op geprepareerde doeken die men over een houten raamwerk spande.
(strekken; rekken)
🔗 Reith spande zijn armen.
🔗 Hij spande zijn boog en schoot een pijl dwars door de borst van een van de mannen die op De Bracy’s aanwijzingen steenbrokken losmaakten om er Cedric en de Zwarte Ridder onder te bedelven.

DutchEnglish
spannend cliff‐hanging; exciting; fast‐moving; suspenseful; tense; thrilling; tight
spannen bend; brace; distend; draw; frap; key; key up; span; strain; tauten; tighten; spread; stretch; string; string up; flex; lay; put; cock; be tight