Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word daarvan

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
from there
;
thence
de tiu
🔗 Maar genieten deed hij daarvan niet.
about that
🔗 Wat zegt u daarvan dokter?
(daarvan)
de tiu
🔗 Wie heeft daar ooit van gehoord?
(aldaar; er)
🔗 Wat gaat u daar zoeken?
(daarheen; daar … naartoe; daarnaartoe)
(aangezien; om reden dat; omdat)
🔗 Maar ik heb hem niet gesproken, daar ik hem niet persoonlijk ken.
(aan; door; vanaf; vandaan); ; ;
🔗 Waar zijn de schoenen van de jongens?
(op; uit; vanuit); ;
🔗 De treden waren van marmer.
van
surname
(aan; in; met; naar; op; over; voor); ; ; ;
🔗 Ze zijn zwak van verstand.
(aan; door; met; om; uit; vanwege; voor; wegens); ; ;
🔗 En zij schreeuwden van vrees.
(vanaf; af; van … af)
de sur
🔗 We moeten proberen hen van dit eiland te krijgen.
(binnen; in; op; per; te; aan);
🔗 En het zal nog wel kouder worden van de winter.

DutchEnglish
daarvan from that; of that; therefrom; thereof
daar as; in that quarter; on the ground that; on the grounds that; there; because; up there
van at; by; for; in; of; off; on; out of; with; from; down