Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word bedaard

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(kalm; rustig; stil);
🔗 George Rydesdale, commissaris van politie in Middleshire, was een bedaarde man.
(kalm; op zijn gemak; rustig)
leisurely
; ;
🔗 „Die zullen zich niet meer verroeren vóór het dag wordt”, zei Bagheera bedaard.
(kalmte; rust; rustigheid);
composure
(kalmeren; luwen; tot rust komen; verstillen); ;
🔗 Eindelijk bedaarde de storm.
(kalmeren); ; ; ; ;
assuage
(kalmeren)
calm down
trankviliĝi
🔗 En nog altijd was het water niet bedaard.

DutchEnglish
bedaard calm; collected; composed; composedly; deliberate; deliberately; leisuredly; quiet; sober; sober‐minded; unimpassioned; unruffled
bedaardheid collectedness; composure; deliberation; evenness; quiet; sobriety; calmness; quietness
bedaren abate; allay; appease; appeasement; becalm; calm; compose oneself; die; die down; lay to rest; moderate; pacify; pipe down; put to rest; quiet; quiet down; sober; sober down; still; settle; settle down; simmer down; subside; calm down; soothe; assuage
doodbedaard quite calm; as cool as a cucumber