Informatie over het woord ableiten (Duits → Esperanto: deturni)

Synoniemen: abwenden, entwenden

Uitspraak/ˈaplaɪtən/
Woordsoortwerkwoord

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ich) ableite (ich) ableitete
(du) ableitest (du) ableitetest
(er) ableitet (er) ableitete
(wir) ableiten (wir) ableiteten
(ihr) ableitet (ihr) ableitetet
(sie) ableiten (sie) ableiteten
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ich) ableite (ich) ableitete
(du) ableitest (du) ableitetest
(er) ableite (er) ableitete
(wir) ableiten (wir) ableiteten
(ihr) ableitet (ihr) ableitetet
(sie) ableiten (sie) ableiteten
Gebiedende wijs
(du) leite ab
(ihr) ableitet
ableiten Sie
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
ableitend(haben) abgeleitet

Vertalingen

Catalaanscanviar de direcció; desviar
Engelsdivert
Esperantodeturni
Faeröersbeina burtur; snara
Fransdétourner
Nederlandsafdraaien; afkeren; afwenden
Portugeesdesviar
Saterfriesoukiere; outraale
Spaanscambiar de dirección; desviar
Westerlauwers Friesôfdraaie