Nederlands–Portugees woordenboek
Portugese vertaling van het Nederlandse woord aaneensluiten
Nederlands | Portugees (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
densificar | ||
zich aaneensluiten (aansluiten; zich verenigen) | associar‐se ; reunir‐se ; unir‐se | |
(bijeen; samen; tezamen; bij elkaar; saam; gezamenlijk) | a par ; juntamente ; junto ; simulaneamente | |
(dicht; dik) | basto ; cerrado ; compacto ; denso ; espesso | |
🔗 Een grote aaneengesloten groep bomen noemt men een bos. | ||
(dichtgaan; toegaan; zich sluiten) | fechar‐se | |
🔗 In Afrika sluiten onder meer de ambassades in Kameroen, Zambia en Boerkina Faso. | ||
(dichtdoen; dichtmaken; toedoen) | fechar | |
🔗 Is de deur goed gesloten? | ||
(afsluiten; op slot doen; dichtsluiten) | fechar | |
🔗 Daarom liep hij zwijgend naar de deur, sloot die en stak de sleutel in zijn zak. | ||
(insluiten; opsluiten; wegsluiten) | encarcerar ; pôr sob chave | |
🔗 Waarom heb je die arme vogel in een kooi gesloten? |