Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord vermogend
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
vermogend (gefortuneerd; rijk) | ; wealthy ; well‐off ; well‐to‐do | |
(in staat zijn) | ||
🔗 Maar het is wonderlijk wat een heer in zijn toorn vermag. | ||
🔗 Een elektromotor geeft aan de as een vermogen af van 7,3 kW. | ||
(macht; kracht) | capacity ; | |
possession ; property | ||
fortune | ||
🔗 De geldstukken stroomden nu als een rivier de gang in, zodat ze nu tot aan hun knieën in het vermogen waadden. | ||
(bekwaamheid; capaciteit) | ; ; capacity ; faculty | |
(capaciteit; inhoud) |
Nederlands | Engels |
---|---|
vermogend | ⇆ influential; ⇆ powerful; ⇆ rich; ⇆ wealthy; ⇆ well‐off; ⇆ well‐to‐do |
minvermogend | ⇆ poor; ⇆ indigent |
onvermogend | ⇆ impecunious; ⇆ impotent; ⇆ unable; ⇆ indigent |
vermogen | ⇆ ability; ⇆ be able; ⇆ capability; ⇆ capacity; ⇆ faculty; ⇆ output; ⇆ potency; ⇆ power; ⇆ substance; ⇆ fortune; ⇆ means; ⇆ wealth; ⇆ riches |