Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord snel
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(haastig; schielijk; vlug; rap; rad) | fast ; swiftly ; expeditiously ; ; ; | |
🔗 Stephens draaide zich snel om. | ||
(gauw; haastig; rap; spoedig; vlug; rad) | fast ; ; ; ; ; ; | |
🔗 Dat is een uur sneller dan nu. | ||
(gauw; spoedig) | ; ; ; by and by | |
🔗 De brandweer had het vuur snel onder controle. | ||
(gezwind; rap) | ; | |
(als de bliksem) | quick as lightning | fulmrapide |
🔗 Bliksemsnel keerde hij zich om, het geweer geheven. | ||
(tempo) | ; velocity | |
🔗 Een massa van 8 kg heeft een snelheid van 20 m/s. | ||
(vaart; vlugheid) | ; quickness ; swiftness ; rapidity ; | |
(hardlopen; hollen; rennen) | ||
🔗 Hij begreep dat de Seneca’s erover snelden. | ||
(ijlen; jagen; zich spoeden; zich haasten; stuiven) | ; ; | |
🔗 Hij snelde naar buiten en keek omhoog langs de rotswand. | ||
snelschrift (kortschrift; steno; stenografie) | shorthand ; stenography | |
(expres; exprestrein) | fast train ; ; express train | |
🔗 De sneltreinen voerden ze met honderden tegelijk aan en de straten van de stad boden een ongewoon drukke aanblik. | ||
(optrekken; accelereren) | ||
(accelereren; bespoedigen; verhaasten) | ; speed up | |
🔗 Hij versnelde zijn pas en tikte de bejaarde stakker op de schouder. | ||
(accelereren; zich versnellen) |
Nederlands | Engels |
---|---|
snel | ⇆ apace; ⇆ at speed; ⇆ expeditious; ⇆ expeditiously; ⇆ express; ⇆ fast; ⇆ fast‐moving; ⇆ feathered; ⇆ fleet; ⇆ high‐speed; ⇆ in a hurry; ⇆ presto; ⇆ prompt; ⇆ quick; ⇆ rapid; ⇆ rapidly; ⇆ ready; ⇆ sharp; ⇆ snap; ⇆ speedy; ⇆ summary; ⇆ swift; ⇆ swiftly; ⇆ upbeat; ⇆ with dispatch |
bliksemsnel | ⇆ lightning; ⇆ meteoric; ⇆ quick as lightning; ⇆ with lightning speed; ⇆ like winking |
pijlsnel | ⇆ arrowy; ⇆ dartingly; ⇆ swift as an arrow |
razendsnel | ⇆ at the rate of knots; ⇆ double‐quick; ⇆ like hot cakes; ⇆ as quick as lightning |
snelbinder | ⇆ carrier strap |
snelblusser | ⇆ fire‐extinguisher |
snelbuffet | ⇆ snack‐bar; ⇆ quick‐lunch; ⇆ quick‐lunch bar |
sneldicht | ⇆ epigram |
sneldienst | ⇆ quick service; ⇆ express service |
snelheid | ⇆ celerity; ⇆ expedition; ⇆ fastness; ⇆ quickness; ⇆ rapidity; ⇆ rate; ⇆ speed; ⇆ swiftness; ⇆ tempo; ⇆ velocity |
snelkoker | ⇆ quick heater |
snelkookpan | ⇆ press‐cooker; ⇆ pressure cooker |
snellen | ⇆ beetle; ⇆ career; ⇆ fleet; ⇆ fly; ⇆ post; ⇆ race; ⇆ speed; ⇆ run; ⇆ rush; ⇆ scud; ⇆ skitter; ⇆ hasten |
snellopend | ⇆ high‐speed; ⇆ fast |
snelrecht | ⇆ summary justice |
snelschaken | ⇆ lightning chess |
snelschrift | ⇆ shorthand; ⇆ stenography |
sneltekenaar | ⇆ quick‐sketch artist; ⇆ lightning sketcher |
sneltrein | ⇆ fast train; ⇆ express train; ⇆ express |
snelvarend | ⇆ fast |
snelverband | ⇆ first dressing; ⇆ first‐aid dressing |
snelverkeer | ⇆ high‐speed traffic; ⇆ fast traffic |
snelvoetig | ⇆ swift‐footed; ⇆ fleet‐footed; ⇆ nimble; ⇆ fleet |
snelvuur | ⇆ rapid fire; ⇆ quickfire |
snelwandelaar | ⇆ race walker |
snelwandelen | ⇆ walking‐race |
snelweger | ⇆ weighing machine |
snelwerkend | ⇆ rapid; ⇆ speedy |
snelzeilend | ⇆ fast‐sailing; ⇆ fast |
ultrasnel | ⇆ ultra‐fast; ⇆ high‐speed |
versnellen | ⇆ accelerate; ⇆ speed up; ⇆ step up |