Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord roken

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(smoken)
🔗 Ik zal de mannen rokende vuren laten aanleggen om de insecten te verdrijven en dan komen we morgen wel na met de rest.
smoking
🔗 Hebt u geen sigaret die iemand van het roken afbrengt?
🔗 Wij willen de vredespijp met hem roken.
smoked
🔗 Conan gaf Gomer een klap op zijn schouder en beende naar het kampvuur, waar de mannen gerookt vlees. gedroogde vijgen en dadels, geitekaas en leren wijnbuidels re voorschijn haalden.
(geuren; ruiken)
reek
;
🔗 Wat is dat voor een merkwaardig riekende sigaret die die jongen rookt?
smoker
smoking paraphernalia
fumartikloj
smokers
(baai)
cross‐cut Maryland
;
🔗 En wat ruik je?
(geuren; rieken)
🔗 Wat roken die rozen heerlijk.

NederlandsEngels
roken bloat; cure; fume; reek; smoke; smoking
een zware pijp roken come in for something unpleasant
roken als een ketter smoke like a chimney
gerookt smoke‐dried; smoked
kettingroken chain‐smoke; chain smoking
oproken smoke; finish
rieken smell; reek; savour
roker smoker
rokerij smoke house
rookcoupé smoker; smokers; smoking compartment
rookgerei smoking requisites
rookkamer smoking‐room
rooksalon divan; smoking‐room
rookspek smoked bacon
rooktabak smoking‐tobacco
rooktafeltje smoker’s table
rookverbod smoking ban
rookvlees smoked meat
ruiken smell; sniff out; sniff; scent; sense
uitroken smoke; smoke out; fumigate; finish
verroken spend on cigarettes; spend on tobacco