Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord rededeel
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(woordsoort) | ||
(aandeel; portie; rantsoen; taks) | share ; | |
🔗 En de blanken zouden hun deel moeten aannemen als ze de Seneca’s niet wilden kwetsen. | ||
(band; boekdeel; volumen) | ||
🔗 Zodra ik de gelegeheid had het te lezen, ontdekte ik dat het voldoende was voor twee delen. | ||
(gedeelte; onderdeel; part; stuk) | ; ; | |
🔗 Een deel van de staart ontbrak. | ||
component ; ; entry ; flake ; ; ; ; snippet | ||
movement | ||
(dorsvloer) | threshing‐floor | |
🔗 Op dat moment keilde hij de vork de deel over en schreeuwde dat ik weg moest wezen. | ||
(ree) | ; moorage ; mooring ; | |
🔗 Op de rede van Olehleh zag ik eens hoe een inlandse kwartiermeester door haaien werd opgegeten. | ||
(oratie; redevoering) | ; discourse | |
🔗 Alle honderdvierenveertig gasten verwachtten een prettig onthaal, hoewel zij nogal opzagen tegen de rede die hun gastheer na het diner zou afsteken (een onvermijdelijk punt van het programma). | ||
(verstand) | ||
🔗 Maar de grijsaard wilde niet naar rede luisteren. | ||
(verstand) | ; | |
roads ; roadstead | ||
(toespraak; redevoering; speech) | ||
🔗 Dit is de laatste keer dat ik een rede hou die ik zelf niet begrijp. |
Nederlands | Engels |
---|---|
rededeel | ⇆ part of speech |
deel | ⇆ allowance; ⇆ apanage; ⇆ board; ⇆ cut; ⇆ dividend; ⇆ divvy; ⇆ dole; ⇆ lot; ⇆ moiety; ⇆ movement; ⇆ part; ⇆ portion; ⇆ proportion; ⇆ quota; ⇆ volume; ⇆ section; ⇆ share; ⇆ slice; ⇆ deal; ⇆ threshing‐floor; ⇆ whack |
rede | ⇆ discourse; ⇆ oration; ⇆ rationality; ⇆ reason; ⇆ road; ⇆ roads; ⇆ roadstead; ⇆ speech; ⇆ sense |