Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord monteren

Nederlands	Engels (indirect vertaald)	Esperanto
montéren (zetten)	assemble ; erect ; mount ; set ; stage	munti
demonteren (uit elkaar nemen)	take apart ; dismantle	malmunti
🔗 We begonnen het paneel te demonteren.
montage	assembly ; composing ; erecting ; fitting up ; mounting	muntado
monter (lustig; vrolijk; blij)	cheerful ; lively	gaja
🔗 Ildefonse trachtte zich een montere houding te geven, wat niet goed lukte.
monteur	assembler ; fitter	muntisto
🔗 Het ventje bleek een ijverig en handig monteur te zijn.
opmonteren (opvrolijken)	cheer ; cheer up	gajigi
🔗 Misschien kunt u hem opmonteren?
opmonteren	encourage ; stimulate ; energize ; enliven ; exhilarate ; invigorate	vigligi

Nederlands	Engels
monteren	⇆ assemble; ⇆ cut; ⇆ edit; ⇆ erect; ⇆ fit; ⇆ fit up; ⇆ fix; ⇆ get up; ⇆ mount; ⇆ place on the stage; ⇆ put on the stage; ⇆ stage
demonteren	⇆ dismantle; ⇆ dismount; ⇆ take apart
montage	⇆ assemblage; ⇆ assembly; ⇆ cutting; ⇆ editing; ⇆ erection; ⇆ montage; ⇆ mounting; ⇆ fitting up; ⇆ erecting; ⇆ composing
monter	⇆ spry; ⇆ brisk; ⇆ lively; ⇆ cheerful; ⇆ briskly; ⇆ cheerfully
monteur	⇆ assembler; ⇆ erector; ⇆ fitter; ⇆ grease‐monkey; ⇆ greaser; ⇆ mechanic; ⇆ serviceman; ⇆ shopman
opmonteren	⇆ buoy up; ⇆ cheer; ⇆ cheer up; ⇆ chirp; ⇆ chirp up; ⇆ fillip; ⇆ give a lift; ⇆ hearten