Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord kaart

Engels/Nederlands
Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(landkaart)
🔗 Volgens onze kaart liepen er paden rondom het meer.
(kaartje)
(menu)
🔗 Ook de eieren van zeeschildpadden staan regelmatig op de kaart.
taken aback
;
upset
; ; ;
dumbfounded
;
stupefied
;
perplexed
;
puzzled
🔗 Ik was volkomen van de kaart.
ekdiskuti pri
(aansnijden)
ekparoli pri
(abonnement)
season‐ticket
(acceptgiro)
giro payment slip
dispatch note
(prentbriefkaart)
picture postcard
🔗 Gelukkig had meneer Cade voorgesteld dat zij ansichtkaarten zouden kopen.
(bestelbiljet)
order‐form
giro cheque
debit card
;
giro cheque
(postkaart);
letter‐card
🔗 Deze zat vol met brieven en briefkaarten, en Martin Beck hoefde slechts door de stapel heen te bladeren om te zien dat ze allemaal buitenlandse postzegels hadden.
day‐ticket
(entreebiljet; toegangsbewijs; toegangskaartje)
admission ticket
(kaartsysteem; kaartendoos)
🔗 Er was een kaartenbak verdwenen.
(cartograaf)
cartographer
🔗 Tegen het eind van september kwam MacDonald, de kaartenmaker, in Lac Bain.
(biljet; ticket)
(plaatsbewijs; plaatskaart; ticket; passagebiljet)
ticket
🔗 Je neemt de trein van acht uur twintig naar Frankrijk en in Cherbourg kun je kaartjes voor de boot kopen.
(bon)
coupon
;
voucher
🔗 Het opzeggen van twee teksten werd met een blauw kaartje beloond, tien blauwe kaartjes stonden gelijk met één rood en mochten daartegen geruild worden.
(kaart)
(visitekaartje)
(cartotheek)
card‐index
(in kaart brengen)
(kaart)
🔗 Ik heb een landkaart van de oude heer gekregen.
(maandabonnement)
monthly subscription
;
monthly season ticket
sample‐card
(kaartje; plaatsbewijs; ticket; passagebiljet)
ticket
(briefkaart)
🔗 En ik zal jullie postkaarten sturen.
world map
🔗 Dit was waarschijnlijk, want niemand had beter de wereldkaart in zijn hoofd.

NederlandsEngels
kaart⇆ card; ⇆ chart; ⇆ hand; ⇆ map; ⇆ menu; ⇆ ticket
alle kaarten in handen hebben⇆ hold all the cards
alle kaarten op tafel leggen⇆ put all one’s cards on the table
alles op één kaart zetten⇆ put all one’s eggs in one basket; ⇆ stake one’s all on one throw; ⇆ stake one’s all on a single throw
blinde kaart⇆ skeleton map; ⇆ blank map
de gekken krijgen de kaart⇆ fortune favours fools
de kaarten op tafel leggen⇆ show one’s hand; ⇆ lay one’s cards on the table
de kaarten steken⇆ stack the cards
doorgestoken kaart⇆ plant
doorgestoken kaart zijn⇆ be a put‐up job; ⇆ be a trumped‐up charge
een gele kaart krijgen⇆ be shown the yellow card; ⇆ be booked
een rode kaart krijgen⇆ be shown the red card; ⇆ be sent off
goede kaarten hebben⇆ have a good hand
het is een haalbare kaart⇆ it is on the cards
het is geen haalbare kaart⇆ it is not on the cards
iemand de kaart leggen⇆ tell somebody’s fortunes from the cards
iemand in de kaart kijken⇆ look at somebody’s cards
iemand in de kaart spelen⇆ play into somebody’s hands; ⇆ play somebody’s game
van de kaart⇆ smashed
zich in de kaart laten kijken⇆ show one’s hand
aankaarten⇆ bring up
abonnementskaart⇆ season‐ticket
acceptgirokaart⇆ giro payment slip
adreskaart⇆ dispatch note
ansichtkaart⇆ picture postcard
antwoordkaart⇆ business reply card
bestelkaart⇆ order‐form
betaalkaart⇆ giro cheque; ⇆ debit card
bonkaart⇆ ration card
briefkaart⇆ postcard; ⇆ letter‐card
collegekaart⇆ student ID
dagkaart⇆ day‐ticket
girokaart⇆ giro transfer slip
hemelkaart⇆ map
hoogtekaart⇆ contour map
identiteitskaart⇆ identity card
kaartavondje⇆ card party
kaarten⇆ play cards; ⇆ play at cards
kaartenbakje⇆ card‐tray
kaartenhuis⇆ house of cards
kaartenkamer⇆ chart‐room
kaartenmaker⇆ cartographer; ⇆ map‐maker
kaartje⇆ card; ⇆ ticket
kaartlegster⇆ card reader; ⇆ caster; ⇆ fortune teller
kaartlezen⇆ navigate; ⇆ map‐reading
kaartprojectie⇆ map‐projection
kaartspel⇆ card game; ⇆ card‐playing; ⇆ cards; ⇆ game at cards; ⇆ game of cards; ⇆ pack of cards
kaartspelen⇆ play cards; ⇆ play at cards
kaartspeler⇆ card‐player
kaartsysteem⇆ card‐index; ⇆ card‐index system
kaarttelefoon⇆ cardphone
kaartverkoop⇆ sale of tickets
karteren⇆ map; ⇆ survey
knipkaart⇆ ticket book; ⇆ voucher
kortingskaart⇆ reduced‐fare card; ⇆ reduced‐fare pass
landkaart⇆ map
lidmaatschapskaart⇆ membership card
magneetkaart⇆ magnetic card
nieuwjaarskaart⇆ New Year’s card
perskaart⇆ pass; ⇆ press pass; ⇆ press‐ticket
plaatskaart⇆ ticket
ponskaart⇆ Hollerith card; ⇆ punch card; ⇆ punched card
postkaart⇆ postcard
reliëfkaart⇆ relief‐map
rentekaart⇆ insurance card
rouwkaart⇆ in memoriam card
schetskaart⇆ sketch‐map
seizoenkaart⇆ season‐ticket
speelkaart⇆ playing‐card
spijskaart⇆ bill of fare; ⇆ menu
spoorwegkaart⇆ railway map
staalkaart⇆ sample‐card; ⇆ pattern‐card
stafkaart⇆ ordnance map; ⇆ ordnance‐survey map
stamkaart⇆ identity card; ⇆ ID
sterrenkaart⇆ star‐map
strippenkaart⇆ <a strip of tickets for the national tariff system in the Netherlands>
systeemkaart⇆ index card; ⇆ filing‐card
taalkaart⇆ language map; ⇆ linguistic map
tabkaart⇆ divider
telefoonkaart⇆ phone card
toegangskaart⇆ admission ticket
toeristenkaart⇆ tourist card
troefkaart⇆ trump; ⇆ trump card
verjaardagskaart⇆ birthday card
verlovingskaart⇆ engagement card
verwijskaart⇆ referral; ⇆ doctor’s referral; ⇆ cross reference card
vrijkaart⇆ railway‐warrant; ⇆ free ticket
wandelkaart⇆ hiking map; ⇆ walking permit
wandkaart⇆ wall‐map
wereldkaart⇆ world map
zeekaart⇆ chart; ⇆ sea chart