Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord een bezoek afleggen
| Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
|---|---|---|
| (afdoen; afzetten; uitdoen; uittrekken) | ; | |
🔗 Dan werden de maskers afgelegd. | ||
markoti | ||
🔗 De volgende dag legde het leger slechts drie mijlen af. | ||
| (visite) | ; | |
🔗 Mag ik vragen naar de reden van uw bezoek? | ||
| Nederlands | Engels |
|---|---|
| een bezoek afleggen | ⇆ call; ⇆ make a call; ⇆ pay a visit |
| afleggen | ⇆ cover; ⇆ discard; ⇆ divest oneself of; ⇆ do; ⇆ doff; ⇆ get over; ⇆ lay out; ⇆ leave off; ⇆ log; ⇆ make; ⇆ put off; ⇆ lay down; ⇆ take off; ⇆ lay aside; ⇆ layer; ⇆ travel |
| bezoek | ⇆ attendance; ⇆ company; ⇆ going; ⇆ visit; ⇆ call; ⇆ visitor; ⇆ visitors; ⇆ guests; ⇆ visitation |