Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord unhitch
Engels | Nederlands |
---|---|
unhitch | ⇆ afhaken; ⇆ loshaken; ⇆ uitspannen |
hitch | ⇆ aanhaken; ⇆ beletsel; ⇆ haak; ⇆ haken; ⇆ haperen; ⇆ hapering; ⇆ horten; ⇆ kink; ⇆ knoop; ⇆ liften; ⇆ ruk; ⇆ schoonheidsfoutje; ⇆ slag; ⇆ steek; ⇆ storing; ⇆ vasthaken; ⇆ vastmaken |