English–Afrikaans dictionary

Afrikaans translation of the English word stay‐at‐home

English → Afrikaans
  
EnglishAfrikaans (translated indirectly)Esperanto
(beside; by; near; near to; next to; alongside);
🔗 At his elbow a voice said: “I am Chun the Unavoidable.”
(by; on; upon; over; to);
🔗 The herd was valued at about £ 20,000, the force said
(beside; with; by; next to; in the case of; among; on);
🔗 You defeated me at the Gates of Paaran Disen.
(because of; for; for sake of; on account of; owing to; through; for the sake of; from; in favour of; due to; in; by reason of; in the light of)
🔗 She licked her lips at the audacity.
(on; upon; onto; in; aboard; atop)
(toward; towards; for; to);
🔗 Guyal glanced once again at the sun.
(during; for; by; over); ;
🔗 Anyway, that’s why we’re going home.
(sojourn)
(remain; stay over; abide; keep; rest; stop; tarry)
🔗 Can I stay?
(dwell; live; reside; house; lodge);
(halt; stop; end; hold; obstruct; stem; stall; arrest)
(keep; remain)
🔗 May is trying to do a deal with a fringe party to stay in power.

EnglishAfrikaans
stay‐at‐home huishen; huisvas; tuissittend
at a; aan; by; in; met; na; om; oor; op; te; teen; tot
home aanpeil; binnelands; bof; deur en deur; domisilie; geboortegrond; gestig; huis toe; huis toe gaan; huislik; huisves; huis‐; kragtig; land; op die man af; op sy plek; raak; stigting; tehuis; terugkom; tuisplek; tuiste; vaderland; verbeterhuis; verblyf; woon; woonplek; ’n tehuis verskaf
stay anker; bly; loseer; mastou; oorstag gooi; oponthoud; opskort; opskorting; skors; stag; steun; steunsel; steunstut; stilstand; stuiting; stut; teëhou; tuis wees; tuisgaan; uithou; uithouvermoë; uitstel; veranker; verblyf; versterking; vertoef; vertoewe; volhou; wag; woon