Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word vakgeleerde

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
vakgeleerde
(specialist)
specialist
(geletterde)
scholar
scholar
🔗 De geleerden zijn van mening dat we het niet overleefd zouden kunnen hebben als er niet ergens een zee bestaat.
(wetenschapper; wetenschapsman); ;
🔗 Het was de geleerde zelf die hem opendeed.
(wijze)
pundit
;
pigeonhole
(carré; ruitje; vierkant)
(ambacht; beroep; handwerk; métier; stiel)
trade
;
🔗 Ach, het vak van bediende is eigenlijk uit de tijd.
(tak)
🔗 Roland had van beide vakken nooit iets begrepen.

DutchEnglish
vakgeleerde expert; specialist
geleerde clerk; man of letters; pundit; savant; scholar; scientist; boffin; learned man; learned woman
vak bay; box; branch; compartment; craft; discipline; line; line of business; métier; panel; partition; subject; trade; square; shelf; pigeonhole; pane; section; stretch; profession