Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word vóórkomen
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(verhoeden) | ; forestall ; obviate | |
🔗 Misschien had hij daardoor veel narigheid kunnen voorkomen. | ||
(aanblik; aanzien; air; aspect; uiterlijk; verschijning) | ; ; ; countenance ; guise ; | |
🔗 Toen Nestor dichterbij kwam, begonnen hem details in het voorkomen van de ander op te vallen. | ||
(zich bevinden) | be found | |
🔗 Jij zou natuurlijk ook in mijn boeken voorkomen. | ||
(zich voordoen) | prezentiĝi | |
🔗 Je herinnert je toch wel de zaak die op 3 maart van het vorige jaar voorkwam? | ||
(gebeuren; geschieden; gevallen; omgaan; optreden; passeren; plaatsgrijpen; voorvallen; zich voordoen; zich toedragen) | ; ; | |
🔗 Dat is nog nooit voorgekomen. | ||
(eruitzien; ogen; zien) | ; | |
🔗 Het komt me voor dat het pand instort. | ||
🔗 Dat komt dan op € 108,16. | ||
🔗 Maar stil, wie komt daar? | ||
(klaarkomen) | ||
🔗 „Ik kom” schreeuwt hij en meteen spuit hij zijn zaad in haar kut. | ||
🔗 En daar kwam de klap. | ||
🔗 De wind kwam uit het westen. |
Dutch | English |
---|---|
vóórkomen | ⇆ air; ⇆ appear; ⇆ appearance; ⇆ appear to; ⇆ aspect; ⇆ be found; ⇆ be met with; ⇆ come on; ⇆ come round; ⇆ come up for trial; ⇆ complexion; ⇆ countenance; ⇆ face; ⇆ figure; ⇆ get ahead; ⇆ guise; ⇆ happen; ⇆ incidence; ⇆ likeness; ⇆ look; ⇆ looks; ⇆ mien; ⇆ occur; ⇆ occurrence; ⇆ physiognomy; ⇆ presence; ⇆ seem to; ⇆ semblance; ⇆ strike |
voorkómen | ⇆ anticipate; ⇆ anticipation; ⇆ be beforehand with; ⇆ forerun; ⇆ forestall; ⇆ head off; ⇆ obviate; ⇆ preclude; ⇆ prevent |
het komt mij voor | ⇆ it seems to me |
het laten voorkomen alsof | ⇆ make it appear as if |
voorkomen is beter dan genezen | ⇆ prevention is better than cure |
komen | ⇆ call; ⇆ call for; ⇆ come; ⇆ come along; ⇆ get; ⇆ amount |